Geraardsbergen, 02/03/2018 – In onze schone stede Geraardsbergen is: ‘Hij gaat naar de foor om een lief op te doen’ een gekend gezegde. Mensen wensen het ook aan jonge gasten toe. ‘All é veel plezier op de foor en ziet dat je een lief opdoet’.
Dikwijls werd deze wens ook nog vervuld, want zowel meisjes als jongens waren er, waarschijnlijk door het toedoen van de wensen, opuit om – een scheer – te doen. Ik vermoed dat ‘ne scheir / scheer opdoe,’ van een vangst met het scheernet afkomstig is. Dit alles inspireerde me voor het volgende gedicht:
Een foorlief
Al naar de jaarmarkt te stappen, blinken je
schoenen tegen de grijze stenen. Je jas,
broek en pardessus geuren nog naar de kast.
Met Kerstmis was je het laatst zo uitgedost.
Je sprak toen het laatst met mensen die je niet
alle dagen ziet. Je denkt: ‘Wie zal ik vandaag
terugzien: Frank, Koen? Het Liefst Christin!’
Je zult ze vertellen, dat je de foor wil zien.
Daarenboven trek in oliebollen hebt. Dat je
in het volk wil zijn, om een pint te drinken met
diegene die je graag eens wil trakteren.
Dat je met de foor niet alleen wou zijn, en het
jaren geleden is dat je nog kwam. Eigenlijk
niets nodig hebt, maar er eens tussenuit wil.
Of zal je vertellen dat je voor vijftig jaar op
De foor je eerste ware liefde ontmoette?
Samen dansten in een klein caf é dat nu niet
meer bestaat, en frieten aten uit hetzelfde pak.
Dat je dit vandaag opnieuw zou willen doen,
opdat dat je al jaren eenzaam bent. En nog
altijd aan de foor en je lief die je vrouw werd
denkt? Nee, gebruik geen ‘ trukken van de
foor’ vandaag, maar laat je best eens gaan.
Met de muziek en de foorgeest mee.
Karel De Pelsemaeker.