Middernacht !
Niet het uur dat vampieren verschenen, ook niet het moment dat geraamten met hun knoken de brabançonne tokkelden, wel het ogenblik dat de Vlaamse Leeuw weerklonk. Ze zullen hem niet temmen was het sein om afscheid te nemen van wie ons dierbaar was, een dierbaarheid die heel kortstondig kon zijn en nog heel pril, maar twee tango’s lang soms. Misschien was die Vlaamse Leeuw ook de reddingsboei waaraan we ons konden vastklampen om eindelijk van die vervelende latin lover af te geraken. Hij had ons over de plankenvloer van de Katholieke Kring gesleurd op de tonen van de Blauwe Donau, meer in een poging ons zeeziek te krijgen daar op de golven, want die indruk hadden we toch. Freddy Quinn mocht ons dan nog net voordien proberen te overtuigen “Schön war die Zeit”, gedaan was gedaan. Dat zei mijnheer Jozef toen hij voor de zoveelste keer om middernacht een punt zette achter een Familieavond. Zijn assistente Ghislaine was even onverbiddelijk als de peetvader van De Beiaard : om 24u was het amen en uit met plaatjes draaien. Doris Day en Petula Clark mochten naast Richard Anthony en Chubby Checker weer voor een maand de doos in, niet lepeltje lepeltje maar vinyltje vinyltje.
Middernacht !
Ben je nu nog niet weg Kyana ?
Direct ! Ik ben nog en bodempje aan het leggen.
Kyana legt inderdaad nog een bodempje want ze gaat dadelijk naar een fuif, naar een schoolfuif, een collegefuif. Een collegefuif hoort net als spijbelen en betogen tegenwoordig nu eenmaal thuis in het leerplan van een leerling secundair onderwijs. Karton en isomo snijden past helemaal in de les plastische opvoeding en een gepaste Engelse én originele tekst bedenken wordt bijgestuurd door de leraar Engels. In de les Nederlands volgen Kyana en gezellen stemoefeningen en scandeerdril zodat ze Brusselse en zelfs buitenlandse straten vullen met hun schreeuw om aandacht. Na de collegefuif doen ze dat ook met de Bevegemse straten maar dan met glasscherven van wodkaflessen en met uitgerukte boompjes.
Kyana en gezellen houden van het milieu en schoppen regeringen en gezagdragers wereldwijd een geweten. Zij koesteren een nette aarde, zonder Tsjernobyls en Fukushimas. Ze houden van oceanen met vissen zonder plastic tussen hun vinnen en in hun kieuwen. Ze verheerlijken blauwe luchten zonder fijn stof en neerslag van pesticides en asbestdeeltjes. “Laat ons een boom en wat gras dat nog groen is” zingen ze met Louis Neefs maar het boompje leggen ze neer en het gras dat gelukkig nog groen is, ontsieren ze met flessen en scherven en blikjes.
Ze willen de wereld veranderen maar vergeten eventjes dat je dan met jezelf moet beginnen.