Ik ga nu toch al enkele jaren stemmen. Maar volgens sommigen zie ik nog steeds groen achter de oren of ben ik een snotneus, snap ik het leven niet en ben ik nooit volwassen geworden. En weet je ? Ik ben daar fier op. Ik ben er eigenlijk een beetje blij om. Een kinderhand is namelijk gauw gevuld. En een kind ziet de dingen simpel.
Soms hoeven hoogdravende politieke debatten niet. Soms zijn analyses van professoren over uitslagen en kantons en deelstaten overbodig. Meestal is een simpele “sorry” voldoende. “Sorry” omdat we niet geluisterd hebben naar de mensen. “Sorry” omdat we in ons gegoochel met miljarden en procenten vergeten zijn dat het einde van de maand er snel is voor velen. “Sorry” dat we ons in onze politieke ivoren toren meer bezighielden met onze eigen status en misplaatste grootsprakerigheid dan met het vlees op jullie bord. “Sorry” dat ons kostuum belangrijker was dan het turnpak van uw dochter. “Sorry” dat we jullie taal niet spraken en begrepen. “Sorry” dat we niet luisterden.
Zijn alle Vlamingen racistisch? Ik denk het niet. Ik mag hopen van niet? Iedereen heeft wel een “andere vriend” of een “andere buur”. En meestal is die “andere buur” beter dan die verre neef. Iedere Vlaming is wereldburger, is het niet in vakantie dan wel in zijn bord. Als daar geld voor is.
Enkele dagen na de verkiezingen zijn de grootste zorgen van de politici echter weer ”confederalisme en het einde van Belgi ë”, “het sluimerend racisme” dat het al lang niet meer is, “de taak van Europa binnen de wereldeconomie en het bewaken van haar grenzen”,…maar niet het aanpakken van de dagdagelijkse problemen in ons land en onze straat. De kampementen worden opgegooid met, tussen extreem-links en extreem-recht, een centrum dat zich in de handen wrijft en genoegen neemt met status quo en een vet betaald mandaat, de achterban beterschap en aalmoezen toe gooiend.
En Frans? Frans heeft gestemd. Maar niemand luistert naar hem en zijn pietluttige besognes, de aandacht niet waard. Amper drie dagen na de verkiezingen is hij niet langer belangrijk en verworden tot “quantit é n égligeable”, de onbeduidende massa die steeds groter wordt. En onze politici en media? Die hebben Frans nog steeds niet horen roepen. Roepen is namelijk onbeleefd en voor boeren. En dommeriken, extremisten en racisten. Leiders roepen niet. En leiders luisteren niet.