Sp.a vraagt een betere begeleiding van wanbetalers door het OCMW.

Sociale lacune in het inningsbeleid van de stad


Geraardsbergen. In 2019 deed de stad 1854 keer beroep op een deurwaarder om openstaande schulden te innen. ‘In totaal werden er de laatste vijf jaar bijna 3000 inningen aan een deurwaarder doorgegeven’, zegt sp.a-raadslid Bram De Geeter. De socialisten pleiten ervoor om iets te doen aan de miserie die gepaard gaat met wanbetalen.

Geraardsbergen behoort tot de top inzake armoede, zeker in het centrum van de stad. ‘Op de indicatoren die door de Vlaamse overheid worden gehanteerd om de kwetsbaarheid van de bevolking te meten m.b.t. welzijn scoren we over het algemeen slecht,’ zegt raadslid Bram De Geeter, ‘en op sommige vlakken zelfs h éél slecht!’. De socialisten verwijten de CD&V — Open VLD — meerderheid al vele jaren dat ze daar te weinig (willen) aan doen.

‘In een stad waar veel sociaal zwakkeren wonen, zijn er vanzelfsprekend veel schulden en is er veel wanbetaling. Ook de stad schakelt deurwaarders in om bepaalde bedragen te innen’, aldus De Geeter. De sp.a roept op om deze praktijk tot een minimum te beperken, want: ‘deurwaarders sturen naar de eigen bevolking is toch niet echt sympathiek en opbouwend te noemen!’. Meer zelfs: het duwt mensen vaak nog verder in de put!’

 Sociale alarmbellen
Maar De Geeter aanvaardt wel dat het soms niet anders kan. ‘Begrijp me niet verkeerd’, zegt hij, ‘openstaande rekeningen moeten betaald worden’. Volgens De Geeter wijst Wanbetaling echter meestal op onvermogen en niet op onwil. ‘Als mensen niet meer kunnen betalen, zouden bij de stad en het OCMW alle sociale alarmbellen moeten afgaan. Wanbetalers zijn hulpbehoevend’, vindt De Geeter.

Morele plicht om hulp te bieden
‘Voor de stad zal dat op termijn meer opleveren dan het kost’, denkt De Geeter, ‘als mensen hun rekeningen niet meer kunnen betalen, is dat doorgaans immers niet het enige probleem waarmee ze geconfronteerd worden’.

‘Armoede is een zogenaamde multiproblematiek’, verduidelijkt De Geeter, ‘als mensen structureel te weinig geld hebben, is er in de meeste gevallen meer aan de hand’. Ofwel kiest de stad ervoor om deze mensen te helpen, ofwel kiest men ervoor om dat niet te doen. ‘Maar persoonlijk vind ik het moreel onverantwoord om geen hulp en begeleiding te bieden’, vindt De Geeter. Bovendien, zo stelt het raadslid, is de stad er sterk bij gebaat om sociale achterstelling weg te werken.

Hij vraagt dan ook dat — met respect voor de (wetgeving op de) privacy — de gegevens m.b.t. wanbetaling door het OCMW worden aangegrepen als basis om actie te ondernemen. ‘Als de stad dan toch een deurwaarder op haar eigen inwoners afstuurt, kunnen ze even goed een sociaalassistent meesturen’, vat De Geeter samen.