Oosterzele lijdt zwaar in tijdvak 1567 – 1581

Doortrekkende troepen trekken spoor van vernieling

Het eerste oorlogsfeit te Oosterzele waarvan de geschiedenis gewag maakt dagtekent van 26 augustus 1567. Doortrekkende benden trekken een spoor van vernieling door Oosterzele. Ze berokkende de Oosterzeelse bevolking veel last. (Reporter 17, repro foto s)
Volgens een kroniek van Cornelis en Philip van Campene onteerden zij, we citeren de tekst van 1567, ‘…huerlieden huusvrauwe, die in der kinderbedde laghen; jonghe dochters van ghelijcken, in de presencie van huerlieder ouders, daer om dat dootslaghen gebeurt zijn: bedwonghen de pachters om vleesch, wijn, broodt, ende andere provancie te Ghendt te haelne….’. Een week lang duurde de terreur.
In 1566 had Filips II de hertog van Alva, met een leger van 10.000 man, naar de Nederlanden gestuurd om de rust weer te laten keren. ‘De Beeldenstrorm’ was de reden voor zijn benoeming. Zijn opdrachten: installeren van nieuwe bisdommen, de besluiten van het concilie van Trente laten nakomen, de ‘Beeldenstormers’ zwaar bestraffen. In 1567 kwam hij aan in onze contreien. Hij richtte de Raad van Beroerten (de Bloedraad) op. Zijn hardnekkig optreden leidde tot zware straffen en tot meer dan 1.000 terechtstellingen. Veel edelen vluchtten (zoals Willem van Oranje). Wie zich verzette tegen het Spaanse regime, liep de kans berecht te worden. De graven Egmond en Horne, die gebleven waren, werden finaal slachtoffers van het schrikbewind van Alva. Totaal ten onrechte, werden ze publiekelijk onthoofd in Brussel.
Verzet
Oosterzele werd de jaren daarop door doortrekkende troepen en stropersbenden nog dikwijls bezocht en geteisterd. Op 26 mei 1579 viel de Oosterzeelse bevolking de soldaten aan, die partij hadden gekozen voor de Geuzen, nadat ze het huis van de koster in brand hadden gestoken omdat hij geweigerd had hen eten te geven. Het verzet moet hevig geweest zijn, de Oosterzelenaars (een dapper volk!) versloegen ze en dreven ze naar Melle. De euforie was van korte duur. Op 20 juli 1579, bij de doortocht van Gentse soldaten die naar Herzele trokken om er het kasteel te belegeren, werd veel schade aangericht aan de landgoederen. Het pachthof van de Heer van Rodoan, hoogbaljuw van Rode, werd in brand gestoken. De plunderingen van de krijgslieden waren niet te overzien. De paarden van de landbouwers werden aangespannen om de buit naar het legerkamp te brengen. Een jaar later in 1580 wordt Oosterzele zwaar geteisterd. Het rampjaar in de geschiedenis van Oosterzele. Legerbenden, opgerukt vanuit Gent, vernielen zowat alle huizen en de kerk in Oosterzele. Een heel benarde tijd, tussen Gent en Aalst en tussen Geraardsbergen en Ninove bleef praktisch geen enkel huis overeind. Op 5 januari 1581 wordt Oosterzele alweer geteisterd door benden oproerlingen. In het tijdvak 1567 — 1581 heeft de bevolking van Oosterzele zwaar geleden. Oorlogen zijn dus blijkbaar van alle tijden.   Reporter 17