In deze reeks neemt historicus Danny Lamarcq voor NUUS de Zottegemse straatnamen onder de loep. Deze maand is het de beurt aan de Klemhoutstraat.
Voor wie de vorige stukken in de rubriek heeft gemist, klik op link: Intro rubriek, De Colfmaekerstraat, Duivelsvoetstap, Pijperzele, De Munkbosstraat Wurmendries, Steenakkerweg, Brouwerijstraat en Alsbroeken (De Beukelaar), De Munkbosstraat, Schoofland, Stopweide, Het Politieke Gevangenenplein, Het Kruiswaterplein, de Nieuwpoortmolen en de August De Rouckstraat.
De Klemhoutstraat is altijd al een belangrijke verbindingsweg in Erwetegem geweest. In 1949 verwoordde de gemeenteraad het als volgt: “Deze weg is van groot belang en verkeer. (…) Hij verbindt de staatsbaan Nederbrakel-Leeuwergem met aansluiting bij de gemeente Sint-Maria-Lierde en verbindt aldaar de staatsbaan Gent-Geraardsbergen”. Aanleiding was de beslissing om deze weg grondig aan te pakken. Men aasde op maximale subsidiëring van de hogere overheid en het belang van de weg werd dus stevig in de verf gezet. Hierover straks meer.
Kleimaat
De weg dankt zijn naam aan de gelijknamige wijk. Maar die noemt pas sinds de 19de eeuw ‘Klemhout’. Daarvoor was het gehucht bekend als Kleimaat, en die naam wordt al minstens sinds de 13de eeuw gebruikt: Johannes Cleimaet (1281), neven Jan Cleimaets lande (…) ghestaen ende gheleghen in Cleimaet (1349), tfeldeken op Cleimaet (1368) en ons goet te cleymaet (1396) zijn maar een paar vroege voorbeelden. ‘Ons goed’, verwees naar een eigendom van de nabij gelegen abdij van Abdij Sint-Maartens-Bos.
Hoewel in de lijst een persoonsnaam als oudste attestatie geldt, zijn we zeker dat die persoon genoemd werd naar de plaatsnaam of het gehucht en niet omgekeerd. De wijk ‘Cleymaet ‘of ‘te Cleymaet’ ligt in het zuiden van Erwetegem. Hij is begrensd door de Klemhoutstraat ten westen, de Gaverlandstraat ten oosten en ten zuiden van de Potaardestaat, palend aan Sint-Maria-Lierde.
Kleimaat betekent ‘klei-weide’, een grasland op kleigrond. Het mooie toponiem werd in 1993 door de Zottegemse straatnaamcommissie opgepikt om een aan de Klemhoutstraat grenzend straatje te benoemen.
Kasseien
Hoe de Cleymaatstraat, later de Klemhoutstraat er vóór de jaren 1800 bijlag, hebben we niet onderzocht. De straat was in elk geval niet echt verhard, want pas in de jaren 1870 maakt de gemeente Erwetegem hier werk van.
In maart 1871 wordt er subsidie aangevraagd voor het kasseien van de weg. En tegen de zomer van dat jaar is er al 500 m gekasseid. Dat was net op tijd om het toenemende verkeer op te vangen dat in de straat passeerde na de oprichting van het station in augustus 1871. Twee jaar later – in juni 1873 – buigt de gemeenteraad zich over het verder kasseien van de straat, drie meter breed en over een lengte van 300 meter. Hoe men de kasseistroken precies telde, is ons niet duidelijk, want in januari 1874 schrijft de gemeentesecretaris dat de Klemhoutstraat is gekasseid ‘over een lengte van 600 meter en ook nog aan de grens met Sint-Maria-Lierde over 150 meter en een breedte van drie meter’. Twintig jaar later, in 1883, lezen we in de gemeenteraadsverslagen dat er al 3.200 meter kasseiwerken werden uitgevoerd, op drie meter breedte, waaronder 620 meter in de Klemhoutstraat. Het tellen van kasseistroken was duidelijk niet de sterkste kant van de Erwetegemse bestuurders.
In de modder pladderen
De Groote Oorlog zorgde ook in Erwetegem voor heel wat ellende en zorgde er voor dat begin de jaren 1920 gemeente zwarte sneeuw zag en ze het erg moeilijk had om zowel de gepaste accommodatie te voorzien als een degelijk wegennet uit te bouwen. In september 1921 stelt het schepencollege een memorandum op voor de gemeenteraad. Hierin zet het college alles op een rijtje en we leren er heel wat over de wegenis. Na de oorlogsschade werden 12.000 m² kasseien gelegd, “maar ongelukkiglijk zijn die werken op een zonderlijke manier uitgevoerd: straten van klein verkeer zijn bijna gansch opnieuw gekaseid (…)” terwijl dat niet is gebeurd met “de wegen van doortocht Klemhout en Groenstraat” waardoor die wegen “in de winter bijna zullen onbruikbaar zijn”. En verder over ‘onze’ straat: “waarom de uiteinde van de Klemhoutstraat niet uitgevoerd zijn, dat kunnen wij niet verstaan”. En het college besluit ferm: “Al de ingezetenen betalen belastingen, waarom moet den eenen in de modder pladderen wanneer de anderen eenen steenweg aan hunne deur hebben?” In 1927 werden er toch verbeteringswerken uitgevoerd en hiervoor werd zelfs een eigendom aangekocht, maar meer weten we hier niet over.
Voorstel verworpen
Het is wachten tot kort na de Tweede Wereldoorlog vooraleer we opnieuw informatie terugvinden over de straat. Het begint met een wel erg vreemde beslissing. Het college van burgemeester en schepenen pinde op 18 april 1945 een datum voor de eerstvolgende gemeenteraad en legde de agenda vast. Punt 6 luidt “Goedkeuring opmaken plans tot vernieuwing en verbreding Dorpplaats en Klemhoutstraat. De raad zou op 23 april samenkomen , maar die zitting werd, net al die van 27 april, verdaagd omdat men niet in aantal was. In de volgende raadszitting, op 2 mei 1945, worden wel alle punten behandeld. Wat onze straat betreft lezen we: “Gezien het voorgenomen plan van ons schepencollege om over te gaan tot verbreding en vernieuwing der wegen genaamd Dorpplaats en Klemhoutstraat (…) met vijf onthoudingen tegen een wordt het voorstel van ons schepencollege tot het het opmaken van plans en bestek van beide wegen verworpen”. U leest het goed: de gemeenteraad verwerpt het voorstel van het college! We dachten dat het voorstel dateerde van tijdens de Tweede Wereldoorlog, maar nergens vinden we dergelijk besluit in de notulen.
Zes meter beton
De Klemhoutstraat staat opnieuw op de agenda begin 1948. Op 15 januari keurt de gemeenteraad een vijfjarenprogramma voor wegwerkzaamheden goed. “Gezien onze gemeente onder toepassing valt der urbanisatieplannen en stedebouw” beslist de raad een aantal nominatief opgesomde werken op te nemen “in het vijfjarenprogramma der gesubsidieerde werken”. Punt 1 behelst “verbeteringswerken aan de weg n° 10, zijnde van groot verkeer, bestrating van 6 M beton, baanbreedte 12 M, 1980 M” en dat voor een geraamd bedrag van 3.079.000 frank.
Staatsbaan
Erwetegem wil uiteraard dat de werken maximaal gesubsidieerd worden en voor wegen ‘van groot verkeer’ tast de provincie stevig in haar portemonnee. In de zomer van 1948 word gevraagd aan de provinciale overheid om alvast onder andere de Klemhoutstraat als weg van groot verkeer te erkennen. De raad voert aan “dat het voor de gemeente in de huidige omstandigheden waarin zij te kampen heeft tegen ernstige financiële moeilijkheden, niet mogelijk is op eigen kosten te voorzien in het behoorlijke onderhoud van haar uitgebreide wegennet”. Specifiek wat de Klemhoutstraat betreft argumenteert de raad dat die weg “de verbinding verzekert tussen de staatsbaan Zottegem-Nederbrakel en de staatsbaan Nederbrakel-Ninove, en het spoorwegstation van Erwetegem en Sint-Maria-Lierde, en waarvan de gemeente het vooruitzicht heeft een ontwerp van verbetering te laten uitvoeren”.
Een jaar later worden de werken concreet. In juni 1949 worden’ het plan en bestek van weg n°10 – Klemhoutstraat +verbreding van de straat’ goedgekeurd. De weg “verkeert in slechten staat en dient dringend hersteld”. Opnieuw, en met de maximale subsidiëring in het achterhoofd wordt expliciet vermeld: “ Deze weg is van groot belang en verkeer. (…) Hij verbindt de staatsbaan Nederbrakel-Leeuwergem met aansluiting bij de gemeente Sint-Maria-Lierde en verbindt aldaar de staatsbaan Gent-Geraardsbergen”. In januari 1950 worden het ‘aflijningsplan’ en het bestek goedgekeurd.
In 1952 gaat men eindelijk aan de slag, maar de strenge winter gooit roet in het eten en op 15 december van dat jaar moet het schepencollege de werken stil leggen “wegens overvloedigen aanhoudende regens, opgevolgd door sneeuw en vorstperioden”. Pas op 23 februari verbeteren de weersomstandigheden en vijf dagen later beslist het college de werken ’s anderendaags te doen hervatten. groot gevaar voor verkeersongevallen
De nieuwe Klemhoutstraat past als een tang op een varken op het verlengde ervan richting Sint-Maria-Lierde en dat is de besturen van Lierde en Sint-Maria-Oudenhove niet ontgaan. Ze zien graag de weg wat verder doorgetrokken, uiteraard op hun kosten. Erwetegem gaat akkoord en in april 1953 worden bijkomende werken goedgekeurd. De notulen draaien het een beetje om en we lezen dat ‘de gemeenten Sint-Maria-Lierde en Sint-Maria-Oudenhove akkoord zijn om verbeteringswerken uit te voeren aan de weg n° 4 gemeen aldaar in verlenging buurtweg n° 10 te Erwetegem in uitvoering (…). Deze werken dringen zich op “en zijn onontbeerlijk daar anderzijds onmiddellijk er groot gevaar voor verkeersongevallen te vrezen zijn, door de kromme en smalle weg n° 4 die daar na weg n° 10 onmiddellijk opduikt en dan nog aan het juiste einde van de bestaande nieuwe verbrede weg”. Erwetegem zal dat een gedeelte van weg n° 4 meenemen in de werken en de kosten (367.000 fr) verhalen op Sint-Maria-Lierde en Sint-Maria-Oudenhove. Zo zal de Klemhoutstraat “een grotere betekenis krijgen en zullen de mogelijke verkeersongevallen miniem worden”
Op een paar onteigeningen na, zijn de Klemhoutstraat en een deel van Spende medio 1953 een spiksplinternieuwe brede betonbaan. De degelijke verbindingsweg waar Erwetegem al bijna honderd jaar naar uitkeek, is eindelijk een feit.
De weg werd met luister ingehuldigd op zondag 31 mei 1953. We vinden van die viering geen sporen in de notulen van het college, maar er bleef een affiche bewaard. Die leert ons dat het initiatief was van “de neringdoenders van het Station, met de medewerking van de bewoners van de Klemhoutstraat en de verschillende bonden en clubs van de gemeente”. Er wordt gestart met een ‘plechtige’ ontvangst op het gemeentehuis, waarna de burgemeester om vier uur in de namiddag de weg opent. De stoet wordt gevormd ‘beneden de Klemhoutstraat’ en hij bestaat uit een bont gezelschap: “de muziekmaatschappij Laetitia, de Koninklijke Harmonie St.- Cecilia van Meerbeke, Bonden en Clubs van de gemeente” en “ruiters, versierde fietsen, auto’s en andere rijtuigen”. De harmonie geeft na afloop een concert.
Gekonkelfoes
De straat mocht al met de nodige luister zijn ingehuldigd, niet iedereen was tevreden. De Klemhoutstraat werd zowaar een onderdeel van de kiesstrijd bij de gemeenteraadsverkiezingen van 12 oktober 1958. De meerderheid, burgemeester René De Staercke op kop, werd gekapitteld voor hun “knoeiwerk” bij heel wat wegwerkzaamheden. Over de Klemhoutstraat sneert de oppositie “het ongeduld en de lichtzinnigheid van ons bestuurders heeft ons twee miljoen gekost” en straffer nog: “het gekonkelfoes bij de aanbesteding?”. Maar de ploeg van de burgemeester riposteert: “Wat denken de mensen van de Klemhoutstraat wel over uw kritiek? Indien u de meerderheid had gehad, dan konden ze met hun slechte weg blijven ploeteren, tot de Russen met hun Spoetnik naar de maan vliegen”. De regerende bestuursploeg hield alvast nipt stand en de bijna tachtigjarige burgemeester kon in 1959 opnieuw zijn sjerp omgorden.
De Klemhoutstraat bleef tot op vandaag nagenoeg onveranderd. Sinds de grondige aanpak in 1953 vonden er geen ingrijpende werken meer plaats. Enkel bij de heraanleg van de nieuwe spoorwegbrug, begin jaren 1990, kregen de eerste tientallen meters van de straat een ander wegdek.