Geraardsbergen. De brandweerman kent een druk bestaan. In 2022 waren er in de Hulpverleningszone Zuid-Oost 25.219 oproepen voor noodsituaties. Daarvan waren 16.385 ziekenwagen- en 1251 brandinterventies. De andere interventies waren van technische aard (2857) of voor noodweer/stormschade (757) en wespenverdelging (3969). De hulpverleningszone telt 572 personeelsleden, waarvan 121 beroeps. Het takenpakket van een brandweerman is heel uitgebreid en vraagt heel wat professionalisme en opleiding. Er komen steeds nieuwe uitdagingen bij. De hulpverleningszone garandeert dat elke noodoproep beantwoord wordt, dankzij de niet-aflatende inzet van 572 personeelsleden.
Wat drijft een brandweerman? Hoe ziet de toekomst eruit? Waarom zijn er zo weinig vrouwen bij de brandweer? Hoe gaan brandweerlui om met stress? Tijd voor een gesprek met kapitein en postoverste van Geraardsbergen Bart Vandesande.
Het takenpakket van de brandweer is wel heel erg uitgebreid. Hoe is dit gegroeid?
‘De brandweer is een organisatie die bottom-up gegroeid is. Vroeger waren heel wat huizen uit hout opgetrokken en kon een beginnende brand in een mum van tijd door een stad razen. Mensen organiseerden zich dan ook om branden te blussen. De brandstraatjes in o.a. Geraardsbergen getuigen van dit verleden.
De omgeving waarin we leven is intussen sterk geëvolueerd. Daardoor werd het takenpakket van de brandweer uitgebreid. Tot 2015 was de brandweer een typische gemeentelijke aangelegenheid, onder de vleugels van de FOD Binnenlandse Zaken. Door de brandweerhervorming evolueerden we van gemeentelijke brandweerkorpsen met lokale kazernes naar hulpverleningszones met brandweerposten.’
Wat waren de gevolgen van de brandweerhervorming?
‘Uitgangspunt van de hervorming is dat elke burger recht heeft op de snelste, adequate hulp, eenzelfde basisbescherming geniet en er schaalvergroting is.
Alle gemeenten en steden van de zone dragen financieel bij in de werkingsmiddelen van de zone. De zoneraad is verantwoordelijk voor de organisatie en het beheer van de brandweerdiensten en bepaalt de langetermijnvisie van de zone. In de zoneraad zetelen de burgemeesters van het interventiegebied, de zonecommandant en de zonesecretaris.
Zowel beroeps als vrijwillig brandweerpersoneel dient over de verschillende posten heen op een efficiënte manier te kunnen samenwerken tijdens interventies. Bijgevolg moeten alle operationele personeelsleden over dezelfde kennis en vaardigheden beschikken. De brandweeropleiding werd dan ook gevoelig uitgebreid.’
Kan je dat even toelichten?
‘De brevetopleiding tot brandweerman duurt vandaag 264 uren en bestaat uit verschillende modules, een mooie mix van theorie en praktijk. Bovendien dient elke brandweerman jaarlijks 24 uren permanente vorming en 24 uren voortgezette opleiding te volgen.’
Nieuwe signalisatiewagen
Ook bij de brandweer zet de professionalisering zich door.
‘We werken in een professionele organisatie met nadruk op veilig werken, waarbij kameraadschap nog hoog in het vaandel gedragen wordt. Los van eventuele specialisaties is het basisprofiel van de brandweerman heel breed. Er moet immers met alle materialen gewerkt kunnen worden. Om veilig te kunnen werken dienen procedures correct te worden toegepast. Dit geldt ook voor de splinternieuwe signalisatiewagen in post Geraardsbergen, die eerstdaags in dienst zal gezet worden.’
Zijn jullie nog op zoek naar nieuwe medewerkers?
Jazeker. Eind maart organiseerden we een infoavond om kandidaat-brandweermannen (m/v/x) te laten kennismaken met de inhoud van de job van brandweerman-vrijwilliger en de aanwervingsprocedure. Sinds enkele dagen zijn de vacatures van beroepshulpverlener-ambulancier en brandweerman-vrijwilliger gepubliceerd op onze website (https://zuid-oost.hulpverleningszone.be/pagina/vacatures).’
Staat het dan niet in de sterren geschreven dat jullie op termijn moeten overschakelen naar een professioneel korps?
‘Door de intensieve opleiding en standaardprocedures gaan beroeps en vrijwillige brandweermannen op dezelfde professionele manier te werk in onze zone. We streven naar een gezond evenwicht tussen beroeps en vrijwillige brandweermannen. In post Geraardsbergen zijn de vrijwillige brandweermannen in aantal het sterkst vertegenwoordigd, in post Aalst hebben de beroeps personeelsleden het overwicht.’
Hoe word je nu eigenlijk brandweerman?
‘Vroeger nam je deel aan een aanwervingsexamen bij het gemeentelijk brandweerkorps van je woonplaats. Vandaag dien je een federaal geschiktheidsattest (FGA) te halen vooraleer je bij een brandweerzone kunt solliciteren.
Als je wordt toegelaten tot de aanwervingsstage kan je opleiding van start gaan aan een provinciale brandweerschool. Na het behalen van verschillende modules kan je al voor bepaalde brandweertaken ingezet worden.’
Hoe uitgebreid is het takenpakket van de brandweer?
‘Het basispakket van de brandweer is heel uitgebreid. Naast brandbestrijding en technische hulpverlening worden we ook ingezet voor de bestrijding van incidenten met gevaarlijke stoffen. Vandaag omvat de job als brandweerman ook een flink pakket logistieke taken. Door opleiding, training en risicoanalyse proberen we de gevaren en risico’s verbonden aan de job tot nul te herleiden.
Een brandweerman moet naast technische bagage over een degelijke fysieke conditie beschikken. Brandweermannen worden regelmatig cardiovasculair gecheckt en dienen om de twee jaar een fysieke paraatheidstest te ondergaan.
Een brandweerman moet ook in groep goed kunnen functioneren, want brand bestrijden is en blijft een teamsport.’
Brandveilige maatschappij
Wat drijft iemand om brandweerman te worden?
‘Een steentje willen bijdragen aan de maatschappij, het avontuurlijke aspect van de job en kameraadschap in het korps zijn nog steeds de meest voorkomende drijfveren om brandweerman te worden of te blijven. Sommige vrijwilligers zitten bij wijze van spreken 24 op 7 te wachten tot hun pager afgaat om geen enkele interventie te missen. Anderen gaan meer bewust om met de tijd die ze aan de brandweer willen spenderen en bepalen zelf de tijdstippen waarop ze zich via het intern oproepsysteem beschikbaar stellen. Gezien de brandweer geen vrijblijvende hobby is, legt de zone een beschikbaarheidspercentage van 23% op aan de vrijwillige personeelsleden.
In vergelijking met vroeger merken we wel dat niet enkel het engagement van de brandweerman belangrijk is. Ook zijn omgeving (partner, kinderen, vrienden, …) wordt in rekening gebracht.’
Ik heb wel de indruk dat de brandweer nog steeds op veel sympathie kan rekenen.
‘Klopt. De brandweer wordt nog steeds beschouwd als een erg betrouwbare partner en da’s naar mijn mening terecht. Je kunt op ons rekenen.’
In het verleden werd wel eens de kritiek geformuleerd dat de brandweer soms op zich laat wachten?
‘Gezien het onheil zich al heeft voorgedaan komt de brandweer per definitie altijd te laat. We streven er naar om snel en adequaat na elke noodoproep ter plaatse te komen, dat wil zeggen: tijdig en met de nodige middelen.
Naast ‘interventie’ zetten we ook heel veel in op ‘preventie’, met andere woorden: het voorkomen van onheil. De Dienst Risicobeheersing geeft advies over brandveiligheid thuis, bij het afleveren van een omgevingsvergunning, bij de inrichting van evenementen en nog veel meer. Dit jaar focussen we op brandveiligheid binnen jeugdverenigingen. Samen met de burger bouwen we aan een brandveilige maatschappij.’
Brandweerman klinkt zo mannelijk terwijl er volop gestreefd wordt naar genderdiversiteit. Is dat bij jullie ook het geval?
‘We hanteren het begrip ‘brandweerman’ en voegen er zeer doelbewust ‘(m/v/x)’ aan toe. In onze zone hebben we al enkele brandweervrouwen, zij het niet in de post Geraardsbergen.
Persoonlijkheid, positieve ingesteldheid, grondige beheersing van de basiscompetenties en een flinke dosis logisch redeneervermogen zijn voor een ‘brandweerman’ veel belangrijker dan het etiket ‘m’, ‘v’ of ‘x’.
Agressie, stress en nieuwe uitdagingen
Komen jullie soms in aanraking met agressie?
‘Absoluut. Zeker binnen onze ambulancedienst krijgen we regelmatig te maken met mensen die ontoerekeningsvatbaar of onder invloed zijn. Brandweermannen en ambulanciers krijgen ook hier weer de nodige opleiding om op gepaste wijze om te gaan met agressie.’
Hoe gaan jullie eigenlijk om met stress binnen het team, want dat kan toch een serieuze hinderpaal zijn?
‘Binnen de brandweer hebben het Fire Stress Team (FiST), dat werkt rond posttraumatische stress en directe psychosociale belasting ten gevolge van interventies. FiST-antennes zijn aanwezig in alle brandweerposten. Bij bepaalde incidenten met evidente kans op mentale belasting, zoals bij interventies met dodelijke slachtoffers of kinderen, worden FiST-antennes proactief gecontacteerd vanuit de zone. Naast FiST hebben we ook nog de Externe Dienst voor Preventie en Bescherming waar er psychosociale ondersteuning mogelijk is door psychologen.’
Wat is jouw verhaal in dit korps?
‘Ik ben als postoverste verantwoordelijk voor de dagelijkse leiding van de post, in nauwe samenwerking met mijn directe collega’s. Dat gaat van HR-gerelateerde over operationele tot logistieke opdrachten. Naast mijn taken in het korps van Geraardsbergen heb ik ook enkele andere opdrachten binnen de brandweerzone.’
Zijn er bepaalde gebeurtenissen die jou zijn bijgebleven?
‘Uiteraard. Dodelijke slachtoffers bij incidenten blijven je altijd ergens bij.’
Vormen die voorvallen merktekenen op jouw ziel?
‘Ik kan dat een plaats geven.’
Hoe ben je er eigenlijk ingerold?
‘Ik had al enkele hobby’s die sterk met techniek te maken hadden en was op zoek naar een maatschappelijk engagement. Wellicht ook omdat enkele branden met dodelijke slachtoffers in mijn omgeving me bijgebleven waren. Hoewel ik geen familie of directe vrienden had die al bij de brandweer waren, heb ik deelgenomen aan de aanwervingsproeven om brandweervrijwilliger te kunnen worden. De rest is geschiedenis. Drie jaar geleden heb ik de stap gezet om beroepsbrandweerofficier te worden.’
Met de komst van de elektrische voertuigen, wacht jullie ongetwijfeld nog een uitdaging van formaat?
‘Als we zien welke nieuwe technologische ontwikkelingen op ons afkomen, dan zal onze kennis nog fel verbreden. Thuisbatterijen en elektrische voertuigen zorgen voor nieuwe risico’s.
Als je batterijen oplaadt –zoals bij een stofzuiger of een step– dan is het belangrijk om dit onder toezicht te doen en zeker niet ‘s nachts. Batterijen kunnen omwille van een technisch defect in brand schieten, met alle gevolgen van dien.’
Het blussen van een elektrisch voertuig is ook niet bepaald eenvoudig.
‘Door het toepassen van bepaalde procedures wapenen we ons tegen de gevaren. Zo zorgen we ervoor dat het voertuig niet ongewild kan gaan rijden. We houden rekening met giftige stoffen die vrijkomen bij de brand en zorgen voor koeling na de initiële brandbestrijding. We investeren ook in onderzoek naar efficiëntere methoden om o.m. elektrische voertuigen te blussen.’
Merk je dat door de klimaatverandering de brandweer meer moet uitrukken? Er zijn immers meer langdurige periodes van droogte en felle regenbuien.
‘Zeer zeker. In periodes van droogte zorgen we voor voldoende waterwinpunten en sturen we tankwagens mee. Rond natuurbrandbestrijding wordt binnen de brandweer heel actief gewerkt. Er worden nieuwe technieken geïntroduceerd en materieel aangeschaft zoals bosbrandweerwagens en blusvoertuigen voor moeilijk toegankelijk terrein. Zeker in gebieden met veel vegetatie.
Wat betreft wateroverlast wordt nauw samengewerkt met diverse partners, zoals de steden en gemeenten, waarbij we ons onder meer voorbereiden op de zogenaamde ‘waterbom’.’
Hartelijk dank voor het interview
Julien Borremans
Voor meer info: https://zuid-oost.hulpverleningszone.be/