In Herzele werd er dit jaar in elke deelgemeente een dorpsraad opgericht. De eerste ontstond in Sint-Lievens-Esse.
Of dat komt doordat stad of gemeente tekort komt in zijn verplichtingen naar de burger toe of het eerder een hulp is om de beslommeringen en/of frustraties van de plaatselijke bevolking een uitweg te geven, dat vroeg ik mij af.
En daarom sprak ik met oprichter en bezieler van de dorpsraad van Sint-Lievens-Esse, Danny De Stammeleer en zijn side-kick, Kevin De Bodt.
We spraken elkaar in het gezellig dorpscafé, De Paling bij Patricia.
Hoe zijn jullie bij het idee gekomen om een dorpsraad op te richten?
Danny: Wij zijn gestart vanuit onze bezorgdheid over de staat van onze Kiosk. Die is doorheen de jaren in een bouwvallige staat gekomen. Een ludieke foto van mij op de facebookgroep van ons dorp toonde aan dat dit enorm leefde bij de mensen. Dan is de gemeente beginnen bekijken hoe we onze kiosk weer in ere kunnen herstellen.
In de nasleep daarvan heb ik met zeer veel mensen gesproken in ons dorp. Ik merkte veel frustraties rond tal van dossiers. Daar is het idee uit voortgekomen om een dorpsraad op te richten. Toen die ambitie ook ingang vond bij een mooie diverse groep mensen van over gans het dorp hebben we ons initiatief bekend gemaakt aan de gemeente.
De gemeente Herzele speelde reeds een tijd met de idee om in de verschillende deelgemeenten dorpsraden op te richten en met de hulp van de VZW Dorpsbelangen werd een modelcontract opgemaakt. Zo werd o.a. vastgelegd dat mensen met een politiek mandaat geen lid kunnen zijn van de dorpsraad. Op die manier is de gemeente Herzele een soort van laboratorium om de democratie wat meer zuurstof en slagkracht te geven.
Wat moeten mensen zich nu voorstellen bij een dorpsraad?
Danny: Wij zijn vrijwilligers die ons willen inzetten voor het algemeen belang van ons dorp. Los van de partijpolitiek. Door actief bij te dragen aan positieve ontwikkelingen en door te focussen op het versterken van de gemeenschapsband, kunnen dorpsraden helpen bij het tegengaan van verzuring en het creëren van een meer positieve en veerkrachtige lokale samenleving.
Kevin: Wij hebben onze dorpsgenoten bevraagd naar hun ideeën op een open vergadering. Op basis van wat we daar leerden organiseerden we een enquête. Zo weten we goed wat er leeft en waar de prioriteiten liggen. Op basis van die verzuchtingen starten we in overleg met de gemeente concrete dossiers op. De kiosk en de staat van de dorpskern, de Kalvaer in Wijnhuize, het landelijk karakter van het dorp, verkeersveiligheid, de begraafplaats, voetpaden,… Dat zijn zowat de voornaamste dossiers op dit moment. We informeren onze dorpsgenoten over die dossiers én over de activiteiten in ons dorp via onze website Sint-Lievens-Esse.be én via onze nieuwsbrief.
Kevin komt goed op dreef, en dat betekent wat, zijn stem wordt wat luider en de intensiteit van zijn betoog eveneens. Heb zo maar eens iemand als, ik zeg maar……geschiedenisleraar.
Kevin: Sinds de jaren zestig zijn we steeds individualistischer geworden. Ik juich dat toe. Zonder de almachtige zuilen of het vingertje van nonkel paster konden mensen veel meer zichzelf zijn.
Het middenveld is verzwakt uit de ontzuiling gekomen. Dat maakt wel dat hun cruciale rol in een liberale democratie ook steeds moeilijker wordt. Zij moeten de burger informeren en organiseren rond bepaalde dossiers. Dat dit steeds minder gebeurt maakt dat de burger nog meer op zijn individueel eilandje geworpen wordt.
Zowel de politieke partijen als de burgers zijn voor een stuk hun rol in onze democratie steeds schraler beginnen invullen. Vele burgers zien zichzelf enkel nog als de klant van het land. Wij zijn ook een stukje een klant. Maar wij zijn nog veel meer een aandeelhouder.
‘Wij betalen veel belastingen. We mogen daar dus ook veel voor terugkrijgen. Die belastingen zijn echter niet zomaar een ‘prijs’ die we betalen voor een door ons gewenst product. Het is een individuele investering in een bedrijf. En we moeten samen beslissen wat dat bedrijf moet doen met zijn beperkte middelen’.
Dat is nogal een boterham.
Kevin: (bulderlacht) We verwachten inderdaad niet dat iedereen meteen op deze manier redeneert. We werken vooral rond concrete dossiers. Daarrond mensen informeren en organiseren is ons hoofdbezigheid. Mensen begrijpen dat er lang aan iets gewerkt wordt. Maar ze moeten wel weten dat er aan gewerkt wordt. In de realiteit gebeurt dat nu te weinig. Dat komt deels omdat veel mensen niet mee zijn met de digitale wereld. Maar ook omdat velen alles wat te maken heeft met politiek zodanig beu zijn dat ze er zelfs niet van op de hoogte willen zijn.
Danny: Toen wij in een groot deel van ons dorp van deur tot deur geweest zijn met de burgerbevraging moesten we in de eerste plaats uitleggen dat we geen politici waren.
Is een dorpsraad niet eerder het wijzen op de tekortkomingen van politici om zich op een duurzame wijze bezig te houden met de vele dorpskernen?
Danny: Nee, het is als dorpsraad zeker niet in de eerste plaats onze bedoeling om een extra oppositie te vormen. Samenwerken, transparant zijn, de stem van het dorp zijn, dat zijn onze eerste bekommernissen.
Waarom, met andere woorden, moeten dorpsraden worden opgericht terwijl het juist aan de verkozenen is om bezig te zijn met hun burgers?
Danny: Omdat in het huidige bestel de politici in de eerste plaats (noodgedwongen?) bezig zijn met de partijbelangen, met de volgende verkiezing, met marketing,…
‘Eigen profilering gaat dikwijls voor op gemeenschapsbelangen en dan hebben we het nog niet gehad over het kluwen van verantwoordelijkheden op de verschillende niveaus en de alles doorkruisende wetten en regeltjes die elke betrokkenheid bij de verzuchtingen van de mensen overschaduwen’.
Vervullen de dorpsraden niet op een goedkope wijze de verplichtingen van de gekozen politici?
Kevin: Voor een stukje wel. Ik zie dit als vrijwilligerswerk. Er zijn idealisten nodig die het geloof van de burger in de politiek weer een stuk herstellen. Eerst lokaal. En hopelijk later ook op hoger niveau. Want daar is nog veel meer werk.
Ik amuseer me rot. Op geregelde tijdstippen heb ik interessante gesprekken met mensen van over gans het dorp. En ik heb een reden om voor amper 3 euro 30 een Orval te komen drinken bij Patricia. Ook niet onbelangrijk (Bulderlacht).
Ze benadrukken nog vlug dat hun tussenkomsten en initiatieven niet mogen gezien worden als steun aan de meerderheid of oppositie, of meer nog, als campagne of sollicitatie naar een plaats op de één of andere lijst.
Nu maar hopen dat de twee idealisten de moed niet verliezen en vroeg of laat moeten afhaken met een frustratie rijker.