Lokaal bestuur Zwalm onderzoekt mogelijkheid van een retailpark in het centrum van Munkzwalm

 

Het persbericht van de Colruyt-groep van 4 maart l.l. over de integratie en transformatie van 49 Match- en Smatch-winkels in België creëerde ongerustheid over het al of niet blijven van de Smatch-winkel in het centrum van Munkzwalm.

De hoop, die zeer terecht bij veel inwoners leefde, dat hun buurtsupermarkt zou blijven, verdween echter met het bericht dat de Smatch-vestiging aan het eind van de maand dicht zou gaan.

Als lokaal bestuur betreuren wij ten zeerste dat er geen supermarkt meer zou bestaan in het centrum van ons hoofddorp. De nabijheid van een grotere buurtwinkel is voor alle –maar vooral voor minder mobiele- inwoners immers zeer belangrijk, ook vanuit het oogpunt van duurzame mobiliteit.

Het lokaal bestuur werd ondertussen noch door de Colruyt Groep, noch door de privé-eigenaars van de gebouwen/het terrein gecontacteerd i.v.m. een mogelijke sluiting.

Volgens het gewestplan van 1977 (een plan van de Vlaamse overheid waarop de bestemmingen van de terreinen in een bepaald gebied wettelijk zijn vastgelegd) is het terrein waarop de Smatch is gelegen een K.M.O.-zone, m.a.w. een zone voor kleine en middelgrote ondernemingen. Daarin is de retailsector niet toegelaten. Sindsdien werd echter de bestaande, historisch gegroeide toestand in Munkzwalm behouden. Winkels, zoals een supermarkt, moeten wettelijk in een detailhandel- of retailzone gelokaliseerd zijn.

Wat wij als gemeentebestuur wel kunnen doen, is een wijziging van het gewestplan aanvragen via een R.U.P., een ruimtelijk uitvoeringsplan. Hiermee kan je de bestemming van een terrein veranderen. Daar komt uiteraard heel wat bij kijken: de terreinen zijn privé-eigendom en het spreekt voor zich dat je als overheid dit uiteraard respecteert. Daarnaast moet je zeker ook twee à drie jaar rekenen voor de hele R.U.P.-procedure (beschrijving, bestekopmaak, aanstelling ontwerper, openbaar onderzoek, adviezen, …) rond is.

 

“Het is een  hele klus, maar het is iets waarvan wij, als lokale bestuurders, zeker werk gaan maken”, zegt het college van Burgemeester en Schepenen van de gemeente.

 

 

 

 

Namens het college van burgemeester en schepenen,