Burgemeester Johan Van Durme brengt op herdenking Slag om Gijzenzele boodschap van hoop

‘Het is niet Oekraïne dat moet winnen, het is de vrede die moet winnen’

‘Het is niet Rusland dat moet verliezen, het is de oorlog die moet verliezen’

In Gijzenzele werd op zaterdag 25 mei de Slag om Gijzenzele herdacht. Veel wat nu gebeurd , doet terug denken naar WO I en WO II, die ontelbare mensenlevens heeft gekost en hoe onpeilbaar het lijden was voor ontelbare gezinnen. Nu alweer, een aantal wereldleiders sturen jonge mannen naar de oorlog, maar  zelf blijven ze buiten de strijd. Herdenken betekent willen afdalen in de geschiedenis van je eigen familie, je eigen wortels, je land, je medemensen, de beschaving. Proberen een voorstelling te maken van wat mensen in oorlogstijd hebben meegemaakt, wat ze moesten doorstaan,  het leed dat ze werd aangedaan,  de levens die verloren gingen of voor altijd gekerfd staan door oorlog. Omkijken naar oorlogen  die 110 jaar geleden (1914) en 84 jaar geleden (1940) begonnen, ja dat moet. In Gijzenzele en Kwatrecht worden de slachtoffers van toen geëerd in het besef dat zij ons een morele opdracht meegeven om ons altijd te weer te stellen tegen gewelddadige overheersing, onderdrukking en het vertrappen van fundamentele rechten van alle mensen hier, in Oekraïne, Gaza, of waar ter wereld. (mvdv).

Burgemeester Johan Van Durme verwees meteen in zijn speech naar de oorlogsherdenkingsplek bij uitstek, de Westhoek, meer specifiek naar Vladslo. Daar staat op het Duitse soldatenkerkhof een wereldberoemd beeld: ‘Het treurende ouderpaar’. Het is van de hand van Käthe Kollwitz en eert de nagedachtenis van haar in de Eerste Wereldoorlog gesneuvelde zoon Peter, die daar ook begraven is. “Altijd iemands vader, altijd iemands kind”, zo bezong Willem Vermandere de gesneuvelden. Peter Kollwitz  was 17 jaar toen hij als jonge musketier in het Duitse leger in  1914 bij Esen sneuvelde. Het was het begin van een verschrikkelijke oorlog. Vader en moeder Kollwitz gingen kapot van verdriet. Beiden zijn ze verbeeld op een wijze die je kippenvel bezorgt: hij omklemt zichzelf en kijkt krampachtig over de vele tegels en de duizenden doden, zij hangt voorover, gesloopt door verdriet. De kunstenares Käthe Kollwitz is in dit werk niet alleen de moeder van Peter, maar van alle jongens die met hem aan het IJzerfront geslachtofferd werden. Ik neem jullie bijna  dag op dag 10 jaar terug mee in de tijd nu, weer naar Vladso. In het kader van de herdenking van 100 jaar Eerste Wereldoorlog, werd op vraag van de Volksbund Deutsche Kriegsgräberfürsorge een replica gemaakt van Käthe Kollwitz’ Treurend Ouderpaar.  Op 18 juni 2014 startten deze beelden aan een bijzondere tocht. Vanaf de begraafplaats in Vladslo startte de beeldengroep een lange reis door Europa, van Vladslo via Gütersloh, Berlijn, Warschau en Minsk om in het najaar van 2014 op zijn Russische eindbestemming te arriveren, in Rsjev op de militaire begraafplaats waar de kleinzoon van Käthe Kollwitz, genoemd naar zijn oom Peter en daar gesneuveld tijdens de Tweede Wereldoorlog, begraven is. 110 jaar jaar na het begin van WO I en 84 jaar na het begin van WO II  verbond deze reis beide wereldoorlogen. Tijdens de reis van Vladslo naar Rsjev werden de oorlogsslachtoffers van alle doorkruiste landen herdacht, met de centrale boodschap: ‘één kunstwerk, twee wereldoorlogen, West en Oost, het lot van één familie: een oproep tot vrede’. Het is bijzonder cynisch te moeten vaststellen dat tijdens die vredesreis, op een steenworp van de eindbestemming van de beelden, met de annexatie van de Krim, de basis werd gelegd voor de latere inval in Oekraïne.  Door de vele tientallen jaren van relatieve vrede zijn we misschien iets te naïef uitgegaan van de gedachte dat oorlog op het Europese continent structureel iets van het verleden was. De twee wereldoorlogen liggen ver achter ons, en hoewel de gevechten in Joegoslavië en recenter de Donbas dichterbij kwamen, bleven ze tegelijkertijd gevoelsmatig  op grote en veilige afstand. Tot  die februari nacht van 2022, toen Vladimir Poetin met een brutale aanval op het soevereine Oekraïne een eind maakte aan de vrede die wij als zekerheid beschouwden. De oorlog is onmiskenbaar teruggekeerd op het Europese continent.” Op 24 februari 2022 viel Rusland buurland Oekraïne vanuit meerdere kanten binnen, met als gevolg de grootste vluchtelingencrisis in Europa sinds de Tweede Wereldoorlog, met meer dan 6 miljoen Oekraïners die als vluchteling werden geregistreerd en bijna 4 miljoen Oekraïners die ontheemd raakten in eigen land. Deze drieste inval hertekende drastisch de gekende veiligheidsorde van na de Tweede Wereldoorlog en luidde tegelijk het abrupte einde in van een lange periode van vrede in Europa. Intussen is de oorlog meer dan twee jaar aan de gang en is een snel einde niet in zicht. In oktober vorig jaar stak Hamas het vuur aan de lont van het smeulende kruitvat van het Midden-Oosten, met de gekende escalaties als gevolg’. .

‘Altijd iemands vader, altijd iemands kind’

Burgemeester Johan Van Durme : ‘Ik keer met u weer terug naar de Westhoek, waar ik mijn verhaal mee startte.  ‘Ja ’t is den oorlog da ‘j hier were vindt.’ Altijd iemands vader, altijd iemands kind. Het is ontnuchterend, maar jammer genoeg van alle tijden: jonge mannen worden nog steeds als kanonnenvlees de loopgraven ingestuurd  onder het mom van eeuwige roem. Altijd iemands kind … In Oekraïne, Gaza, Jemen, Soedan, … het lijstje lijkt/is onuitputtelijk. De oorlog in Oekraïne heeft alles veranderd. Het eertijdse “Nooit meer oorlog”, in 4 talen vereeuwigd op de IJzertoren, is vervangen door een Romeinse spreuk: “Si vis pacem, para bellum” : wie vrede wil, moet de oorlog voorbereiden.  Ik sluit mijn betoog graag af met een boodschap van hoop. Het is niet Oekraïne dat moet winnen, het is de vrede die moet dat doen. Het is niet Rusland dat moet verliezen, het is de oorlog die moet verliezen. Gaza, Israël, … de wereld snakt niet naar een staakt-het-vuren, maar naar een staakt-het-moorden. “De grote uitdagingen, meest nog voor Europa, liggen in de geopolitieke arena; de keuzes die we daar maken de komende jaren, zullen van grote invloed zijn op onze economische stabiliteit en welvaart.”  Niet enkel wapens en munitie zijn belangrijk. Willen we geopolitiek denken en handelen, dan moet de Westerse wereld, dat zijn naast de Europese Unie ook de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk nadenken over nieuwe partnerschappen op vlak van voedsel, energie en defensie. Dat impliceert ook nadenken over de plaats die Rusland en China kunnen innemen in de nieuwe wereld, over de rol van India. Vandaag lijkt dat nog onrealistisch, maar nog voor het einde van de Tweede Wereldoorlog pleitte de Nederlands-Amerikaanse geopolitieke denker Nicholas Spykman voor het ondenkbare, namelijk een nieuwe orde waarbij Duitsland en Japan strategische samenwerkingspartners van de VS zouden worden. Het werk van Nicholas Spykman kan inspirerend werken voor de wereld na morgen. Want Spykman dacht vooruit. In 1919 had Amerika de oorlog gewonnen maar de vrede verloren, zo meende hij. Het einde van de Tweede Wereldoorlog zou niet het einde van de mondiale machtsstrijd zijn, maar het begin van een nieuwe. Op een moment dat de meeste Amerikaanse soldaten nog overzees moesten worden verscheept, riep Spykman in America’s Strategy in World Politics al op om na te denken over de wereldpolitiek na de oorlog. De tegenstanders van vandaag zijn de bondgenoten van morgen. Het opzetten en onderhouden van nauwe relaties met Duitsland en Japan waren na de tweede wereldoorlog een noodzakelijke voorwaarde en de enige mogelijkheid om de grootmachten van de toekomst, Rusland en China, in balans te houden. Hoe uitzichtloos de situatie in veel conflicten er vandaag uitziet of aanvoelt, dat mag ons niet tegenhouden om hoopvol te blijven en net zoals Spykman destijds visionair en met open vizier aan de toekomst, die van de vrede, verder te bouwen.

We moeten optimistisch zijn en niet bij de pakken blijven zitten. Uit respect voor zij die vielen, hier en nu voor de moeders en vaders, voor de kinderen van de oorlogsslachtoffers in Gaza en Oekraïne en vandaag heel in het bijzonder voor de jongemannen wiens naam op de oorlogsmonumenten in Kwatrecht en Gijzenzele staan vermeld. Europa is een welvarend continent. Als we dat zo willen houden, moeten we handelen en niet afwachten. Oorlog voorspellen is makkelijk, de vrede voorspellen, is moeilijker. Die moet je maken. Door een open economisch, politiek en veiligheidsbeleid te blijven voeren. Door te leren uit onze fouten. Ik wens voor u en onze kinderen en kleinkinderen, de beleidsmakers van morgen die visionaire kijk op de toekomst van harte’, besloot burgemeester Johan Van Durme zijn beklijvende speech.     (marcel van de vijver, foto’s danny de lobelle)