De stad Zottegem zal tijdens de komende legislatuur zeer goed op de centen moeten letten.
Dat is althans wat Dirk Minnaert, Fractieleider Open Vld Gemeenteraad 2017-2024 en Lijstduwer Posit!ef 2024, beweert na een grondige studie van de budgettaire cijfers
Hij wenst in elk geval het volgende daarover te vertellen.
Ik wens iedereen te verwittigen, het is geen vrolijke vakantieliteratuur, maar Dirk Minnaert wordt er gelukkig van. Of meer, hij vindt het zijn plicht om ook deze boodschap te delen en uit te dragen.
“Stad Zottegem pronkt graag met de budgettaire cijfers uit deze legislatuur: jaarlijkse exploitatie-overschotten, schuldafbouw, goede autofinancieringsmarge.
De stad gebruikt de cijfers tot 2024. Echter: grote projecten zijn nog lopende met een financiële impact tot in 2026. We bespreken daarom de budgetcijfers tot en met 2026 (Bron = officiële documenten gemeenteraad).
De exploitatie-ontvangsten en exploitatie-uitgaven zijn de inkomsten en uitgaven nodig om alle dagelijkse taken van de stad te organiseren. Het zijn geen investeringen noch leningen. Deze ontvangsten bedroegen 57 mio € in 2020; ze zijn geraamd op 71,6 mio € in 2026. De uitgaven stijgen van 48,6 mio € (2020) tot 67,3 mio € (2026).
De jaarlijkse exploitatie-ontvangsten verminderd met de exploitatie-uitgaven geven ons het exploitatiesaldo. Dit saldo bedroeg 8,4 mio € in 2020 en daalt tot 4,3 mio € in 2026. De deling van de jaarlijkse exploitatie-ontvangsten door de exploitatie-uitgaven geeft een nuttig beeld van de procentuele overschot inzake exploitatie. In 2020 was er een marge van 17,3 % inzake exploitatie; tegen 2026 zakt dit tot een sobere 6,5%. Er rest dus veel minder ruimte voor plotse schokken of dringende investeringen.
De door het huidig bestuur aangegane investeringen waren laag in de beginperiode 2020-2022: gemiddeld 4,8 mio € per jaar. Het jaarlijks gemiddelde voor 2023-2026 bedraagt 12,3 mio €, met 23,4 mio € tijdens 2025 en 2026 samen, dus tot diep in de volgende legislatuur.
De financiële schuld in 2020 bedroeg 63,4 mio €, zakt tot 52,8 mio € in 2023, en stijgt tot 72,2 mio € in 2026 door beslissingen van de huidige meerderheid.
Begin 2020 beschikte de stad over een gecumuleerd budgettair resultaat gelijk aan 4,3 mio €. Simpel gesteld zijn dit alle niet toegewezen budgetten van vorige jaren, dus een mooie reserve. Tegen einde 2026 daalt dit bedrag tot amper 0,2 mio €, wat overeen komt met 1 dag exploitatie-uitgaven. De stad heeft ook gebouwen verkocht, ook deze financiële reserve is weg”, aldus een slagvaardige Dirk Minnaert.
Waar hij in elk geval de nadruk wil op leggen is het volgende : Dit creëert een dwingende nood om in de volgende legislatuur strenger op de centen te letten.
Met Posit!ief wensen we enerzijds niet te raken aan economie, verenigingen, burgers, personeel, … en anderzijds toch de kwaliteit van de dienstverlening te verhogen. Elke uitgave en werkproces dienen geëvalueerd tegenover de realiseerbare voordelen.
Nuus vroeg naar een reactie van Leen Goossens, schepen van financiën en kreeg volgende reactie.
Zij is het in elk geval niets eens met de visie van D Minnaert :
De analyse van de oppositie maakt gebruik van niet gefundeerde veronderstellingen en een worst-case scenario.
We hebben de voorbije legislatuur zorgvuldig op de centen gelet, waardoor we ondanks de coronacrisis en de energiecrisis, toch mooie financiële resultaten kunnen voorleggen. Meer zelfs, we hebben de nodige ruimte gecreëerd om toekomstige projecten te kunnen financieren.
De stad is verplicht om de financiële beleidsnota te laten doorlopen tot 2026, maar het spreekt voor zich dat het aan de volgende beleidsploeg is om te beslissen naar welke projecten de financiële middelen gaan en hoeveel er wordt uitgegeven. Wat de cijfers in 2025 en in 2026 zijn, zal afhangen van concrete beslissingen, niet van onderstaande hypothetische uitgangspunten.