Stel : je… Heb je dat ook ?
Nee, zeg je. Blijf dan maar verder luisteren. Blijf dan maar verder genieten. Zeg vooral niet dat het ligt aan mijn radio, een Philips, terwijl jij zelf afstemt op een Bose. Misschien k én je zelfs het woord ergernis niet en dan krijg je van mij meteen de absolutie, zonder 3 weesgegroetjes.
Zelf ken ik het woord ergeren uitermate goed en heb het regelmatig nodig. Neem nu dat radiospotje “Stel : je bent overleden”. Dan slik je toch zonder kauwen die olijf-met-pit door en geraak je in grote ademnood. Of niet ? Zomaar, stel : je bent overleden…
Net alsof iemand zegt: “Stel, je wint de lotto” of “Stel, je moet door een gasexplosie direct je huis verlaten”.
Zo simpel klinkt het.
Je schakelt direct alle denkprocessen over op MAX. Een wereldreis maken met het gewonnen fortuin. Een Porsche GT2RS met Weissachpakket kopen, met chauffeur. Het kasteel van Wim Delvoye, met inhoud en Wim, overkopen. Tientallen goede doelen steunen, zoals een parkeertoren in de Egmontstad.
Is bij een ontploffing je woning herleid tot ruine waarop nooit Japanse toeristen zullen afkomen, dan denk je aan een heropbouw, een aankoop van een nieuw optrekje, misschien wel op de gedempte vijver van villa De Freyne, een bezoek en verzoek aan het OCMW, emigratie naar een Maghrebland.
Je kan “Stel, je bent overleden” ook beschouwen als een alternatief voor schaapjes tellen, voor ademhalingsoefeningen en meditatie, voor een kookboek lezen met slaapverwekkende recepten, voor foto’s bekijken van familieleden die zijn uitgeweken naar Paramaribo. En als je slaaphormoon toch nog elke medewerking weigert, dan kan je nog proberen met het allernieuwste spelletje “Stel, je bent overleden”.
Lig je in lepeltjeshouding, schakel niet over op vorkjeshouding om je partner te vragen : hoe ? waarom ? wanneer ?Maak hem of haar niet wakker om het uitvoerig te hebben over de keuze van de bloemen of de muziek maar blijf gewoon verder overleden.
Voel je nog steeds niets als ergernis bij dergelijke stelling ? Nee ? Doe het dan ook niet bij de idee : Stel, je bent een kameel. Je vraagt je dus niet af waarom men plots zo liefdevol met je omgaat, je spenen aait en je te pas en te onpas wil melken. Je bent zomaar uit de oase getild en op transport gezet naar een heuse kamelenboerderij in Nederland. Men bejubelt je melkkwaliteiten en zegt doei tegen jou in de morgen daar waar je naast Roza en Jacoba en Carla en Annie Twee in ruime stallen staat, zonder woestijnzand in je neusvleugels. Je weet dat elke druppel van je melk in weldaad voor het lichaam overgaat, dat een brokje van je kaas en een lepeltje van je yoghurt heelwat gezondheidsproblemen uit de wereld helpen.
Dát stel je je echt voor nu je kameel bent.
Maar nog steeds voel je geen greintje ergernis als maagzuur in je mond naar boven komen?
Ervaar je nog steeds niets als men je vraagt : Stel, je bent een roltrap… ?
Hoe zeg je ? Dat je eerder schaamte voelt die als kolkend lava een uitweg zoekt ! Dan weet ik direct dat je het niet hebt over Ikea of Fnac of een winkelcentrum, wel over de rollende relatie tussen NMBS en de stad Zottegem, voor en achteraan de tunnel onder de sporen. Het is trouwens ook di é tunnel die eventuele kooplustigen van een assistentiewoning moet overtuigen om van Bevegem met de rollator en de kruk en de wandelstok in het Zottegemse centrum te geraken, via de trappen, het grote obstakel waarvoor ze hun huis zouden verkopen.
Maar ik hoor het al. Ik spaar mijn ergernis bij het radiospotje “Stel : je bent overleden” op voor mezelf. Smaken en afwijkingen verschillen soms.