Minnelijke schikkingen en boetes voor niet-opgedaagde bijzitters bij de verkiezingen van 26 mei 2019

Een aantal opgeroepen bijzitters en plaatsvervangende bijzitters kwamen bij de verkiezingen van 26 mei 2019 niet (tijdig) opdagen en konden nadien tijdens het politieverhoor geen geldige reden voor hun afwezigheid of laattijdigheid voorleggen. Zij kregen allemaal een minnelijke schikking toegestuurd.

Minnelijke schikkingen:

  • 337 personen  betaalden de  minnelijke schikking  van 250 euro.

Dagvaardingen:

  • 168 personen  betaalden  de minnelijke schikking niet. Zij  werden  tussen begin november en eind december 2019 door het parket Oost-Vlaanderen  gedagvaard op verschillende themazittingen voor de correctionele rechtbank  Oost-Vlaanderen, in de afdelingen Dendermonde, Gent en Oudenaarde.
    De wet voorziet voor de inbreuken op de kieswet een geldboete van 50 tot 200 euro (x 8 (opdeciemen) => van 400 tot 1.600 euro).

Uitgesproken straffen:

  • 142 personen werden veroordeeld  tot een  geldboete  + gerechtskosten (meest uitgesproken geldboetes: 50, 75 en 100 euro, te vermenigvuldigen met de opdeciemen = x 8, dus  400, 600 en 800 euro) en één iemand tot een  werkstraf  + de gerechtskosten;
  • 5 personen  kregen  opschorting van straf  (feiten bewezen maar geen straf opgelegd);
  • 15 personen werden vrijgesproken  (waarbij de rechter oordeelde dat de afwezigheid of laattijdigheid gerechtvaardigd was; of dat de rechter de tenlastelegging niet bewezen achtte);
  • 4 beklaagden  konden op zitting bewijzen dat ze de minnelijke schikking toch tijdig betaald hebben (onontvankelijkheid van de strafvordering)
  • 1 iemand ging in beroep  tegen zijn veroordeling.