Respect voor de krantenboer!

Ik ben dezer dagen vervuld van respect.

Respect voor de dame van de dagbladhandel. Omdat ze dagelijks mijn flauwe grap moet ontvangen en dat met de glimlach doet. Over sigaretten en er voor zorgen dat mijn hoest vochtig blijft.

Respect voor de bakkersvrouwen. Omdat ze me zoete koeken geven en ik het altijd al gehad heb voor bakkersvrouwen. Niet voor bakkersmannen. Die slaan hun vrouw. Dat is geweten.

Respect voor de hoer die aan huis afwerkt, social distancing in acht nemend. En de kwak mee huiswaarts neemt, naar men me heeft verteld. Eenzaamheid dient hygi ënisch verwerkt.

Respect voor mijn moeder, die haar plan trekt. En die maar een beetje verdrietig is. Omdat ze de kinderen minder ziet, maar weet dat het niet anders kan en dat begrijpt. En me dagelijks verhaaltjes vertelt, uit het verleden en op afstand.

Respect voor mijn schoonzus, die vervangdochter is voor oude mensen achter glas. Die haar liefde moet delen tussen haar gezin en andermans ouders. En er gelukkig genoeg heeft.

Respect voor een vriendin die zwartgeblakerde longen scant op witte vlekken en onderwijl liedjes zingt, in haar hoofd, van “ik leef voor jou en blijf je trouw”. Dat ze snel weer in mijn oor mag brullen.

Respect voor mannen die hun vrouw niet slaan om alweer diepvries pizza met ananas, omdat de koters daar gek op zijn. Enkel bakkersmannen slaan hun vrouw. Dat weten we, uit oude verhalen en vertelsels.

Respect voor ieder die zich uit de naad werkt. Weet dat ik aan jullie allen denk. Dagelijks. En meermaal daags. En met het meeste respect.