Korpschef De Landsheer: ‘Er is nood aan zerotolerantie t.o.v. geweld tegen hulpverleners en ordediensten.’

Blauw krijgt klappen op straat.


Analyse. De laatste weken incasseren politieagenten in o.a. Jette en Schaarbeek rake klappen van jongeren die ondanks de verplichting weigeren een mondmasker te dragen. Politieagenten spreken de jongeren aan. In een mum van tijd hebben de agenten het aan de stok met tal van agressievelingen. Korpschef Jurgen De Landsheer gaf gisteren toelichting in het duidingsprogramma De Afspraak. Hij benadrukte dat er heel wat zaken niet in de media komen. Zo werd onlangs een patrouillewagen in een val gelokt en bekogeld met stenen. Anarchistische jongeren roepen op tot brutaal geweld tegen de politie. De drempel om een agent te schoppen of te slaan, komt steeds lager te liggen. De politievakbond VSOA trekt aan de alarmbel. Blauw krijgt klappen en verliest de controle over de regie.

De nagelnieuwe korpschef van Brussel-Zuid pleit voor een nultolerantie t.o.v. geweld tegen hulpverleners en ordehandhavers, voor een lik-op-stukbeleid, een snellere en strengere bestraffing van de feiten. Volgens De Landsheer moet er dringend komaf worden gemaakt met de prioriteitsseponering.

Volgens Jurgen De Landsheer zorgen de coronamaatregelen voor heel veel stress en ongemakken. Dit is niet alleen in Brussel het geval. Gisteren was het op de middag goed raak in het centrum van Geraardsbergen. Een gedrogeerde (?) heethoofd bedreigde een vader en zijn dochter met een machete. De vader avontuurde het om de agressieveling aan te spreken omdat hij geen mondmasker droeg. De politie pakte machetetrekker later op.

In augustus liet de gewezen korpschef van Geraardsbergen/Lierde in HLN ook al zijn licht over de Brusselse probleemjongeren schijnen: ‘In onze wijken hebben we terrein moeten prijsgeven. Wij komen er nog wel. De wijkagent doet wat hij moet doen. En als het ergens brandt, sturen we de interventie eropaf. Maar dit is niet genoeg.’ De Landsheer is vast van plan om terrein terug te nemen.

‘Schrik om iemand te arresteren.’
Jurgen De Landsheer is een uitstekend politieman, goed opgeleid, met de nodige intelligentie en lef. Durft de zaken te benoemen en aan te pakken. In Geraardsbergen zette hij als korpschef in de woelige binnenstad orde op zaken. Hij stuitte ook op de grenzen van de mogelijkheden van zijn korps, want de problemen waarmee de politiemensen tijdens interventies te maken krijgen, zijn veel hardnekkiger en moeilijker aan te pakken dan gedacht. Dit leidde soms tot de uitputting van een aantal politieagenten. Sommige ordehandhavers bezweken onder de druk op het werkveld.

Maar wat in het provincienestje Geraardsbergen al tot spanningen leidde, manifesteert zich exponentieel in een grootstad zoals Brussel. Zo deed burgemeester Catherine Moureaux (PS) de rellen op oudejaar 2019 in Sint-Jans-Molenbeek af als ‘een verkeerde manier van feesten van onze jeugd’. Grotesk! Een kaakslag voor iedere politieagent in Molenbeek.

De vraag is of de politie nog wel in staat is om de orde naar de letter van de wet te handhaven. In de Afspraak gaf De Landsheer toe dat er amper boetes worden uitgeschreven als mensen geen mondmasker dragen omdat heel wat onder hen de boete van €250 niet kunnen betalen. In een gemeente zoals Sint-Jans-Molenbeek met 97 000 inwoners heeft de politie de laatste maanden amper 10 boetes uitgeschreven wegens het overtreden van de coronamaatregelen, terwijl bijvoorbeeld een derde van de jongeren op het openbaar vervoer geen mondmasker draagt. Durven de agenten niet meer op te treden? Zit blauw in het defensief?

Snelrecht binnen de 48 uur
In Het Laatste Nieuws (22/08) onderstreept korpschef De Landsheer dat de politieagenten schrik hebben om iemand volgens het boekje te arresteren. Het is intussen een publiek geheim dat de politie zich uit bepaalde wijken heeft teruggetrokken. Tijdens de arrestatie in Schaarbeek in augustus kregen de ordehandhavers af te rekenen met een op hol geslagen, vijandige horde. Wapens werden getrokken.

Terwijl iedereen snakt naar doortastende oplossingen, pleit Matthias Vanden Borre — Brussels parlementslid voor de N-VA — voor een debat ten gronde over wat er in de probleemwijken fout loopt. Korpschef De Landsheer legt intussen de vinger in de wonde: ‘Er is geen plaats in de gevangenissen. Snelrecht? Je moet algauw drie à vier maanden wachten. Soms zes.’ Het gevangeniswezen is hopeloos verouderd. In vele gevallen vormt het een toegangspoort tot de criminaliteit en de marginaliteit.

De Landsheer wil snelrecht binnen de 48 uur. Hij wil meer blauw op straat en pleit voor het oprichten van Lokale Integrale Veiligheidsantennes, een verzamelbekken van stadswachten, straatvegers, een coördinator van de gemeente, een hoop sociale diensten… en de politie. Daarmee moet terrein worden teruggepakt. De politie moet toegankelijker en meer divers worden, lokaal gaan rekruteren en… voetbalmatchen organiseren tussen de jongeren uit probleemwijken en politiemensen. Nou ja, doorwinterde straatvechters met straatvegers en voetbalmatchen te lijf gaan… Politiek correct is het wel, maar effici ënt? Onderschat korpschef De Landsheer de problemen?

Drang naar capitulatie?
Voeg daarbij de diepe sociaaleconomische kloof, de enorme spanning die jongeren ondervinden omdat ze tussen twee of meerdere totaal verschillende culturen leven en de straatcultuur en je krijgt algauw een explosieve mix waar een tergend zwakke overheid geen raad mee weet.
Bovendien vormt Brussel een mozaïek aan versplinterde gemeenschappen. Maar ook in Vlaanderen loopt de integratie niet van een leien dakje. De schrijnende werkloosheidscijfers onder allochtone jongeren en de tragische statistieken in verband met de schooluitval getuigen daarvan. De multiculturele samenleving blijft een natte droom.

Uiteraard heeft korpschef De Landsheer overschot van gelijk als hij pleit voor een goed functionerende justitie die heel kort op de bal speelt. Delinquente jongeren moeten binnen de 48 uren worden veroordeeld, niet na zes maanden. Criminelen en hun familie moeten ook op de voet te worden gevolgd. Bij het minste vergrijp moeten ze streng worden gestraft. Niet door ze op te sluiten in een gesloten instelling, maar door ze in een doorgedreven programma van re-integratie in te schrijven.

Tot slot moeten de gesegregeerde wijken worden opengebroken. In Denemarken is de politieke overheid in haar plannen al vergevorderd. Ook in Nederland en Frankrijk wordt de discussie intussen embryonaal gevoerd. Men beseft stilaan dat de vele miljarden die het opkalfateren van de wijken en allerlei ondersteunende maatregelen hebben gekost, weinig tot niets hebben opgeleverd. Met straatvegers, stadswachten en voetbalwedstrijden gaan we de vicieuze cirkel niet doorbreken. Dat is intussen wel duidelijk.

Julien Borremans