Maurice Renard crasht met Spitfire IX in Balegem

Een schrijnend verhaal over een luitenant van het 349 Squadron (RAF)

Een schrijnend verhaal over een held in WOII. Luitenant vlieger (Pilot Officer) van het 349 Squadron (RAF). Maurice Renard uit Angleur (Provincie Luik), deed zoals men placht te zeggen ‘gewoon zijn plicht’. Niks bijzonders. Maar hij het lezen van zijn verhaal is het wel duidelijk: Maurice Renard is een held. Met steeds gevaar voor zijn eigen leven, hij vloog een paar keer met gammele toestellen, stelt hij het belang van zijn missie en van anderen steeds voorop. We willen met Nuus zijn loopbaan vertellen en zijn daden opnieuw laten leven. Maurice Renard stortte eind augustus (30) 1944 met zijn Spitfire neer in Balegem. Iemand herinnerde zich nog (hij was toen ongeveer 9 jaar) dat het vliegtuig is neergestort in de omgeving van ‘Meulebeke te veel’ gelegen aan de Geraardsbergsesteenweg. De 30 jarige piloot werd zwaar gewond maar overleefde als bij wonder de crash. Hij had zijn leven te danken aan Balegemnaars die hem verzorgden en in veiligheid brachten. (Reporter 17, foto’s Danny De Lobelle)

Op 25 december 1944 gaat het alweer de verkeerde kant op. De vlucht verliep alweer niet naar wens. Maurice Renard moest een noodlanding maken wegen problemen met de instrumenten  en de radio werkten niet naar behoren. Iedereen hoopte dat hij net als in Balegem de noodlanding zou overleven. Renard liet zo verstaan dat hij een noodlanding wou uitvoeren met zijn gehandschoende vinger wees hij naar omlaag. Bij Remersdaal (Voerstreek) liep het mis, de landing mislukt. Amerikaanse soldaten kwamen aangesneld. Maurice Renard werd in allerijl naar het US Hospital bij Hombourg gebracht. Een gecompliceerde schedelbreuk werd hem fataal. Hij bezweek aan zijn verwondingen.Toen er de dag nadien nog steeds geen nieuws was, vloog Flight Lieutenant Mascaux naar de streek van Luik. Een dag lang kamde hij de streek uit, in de hoop nieuws te krijgen over zijn vriend. Pas op 8 januari werd in Maldegem het nieuws verspreid dat Maurice Renard in de Amerikaanse sector gestorven was.

Op 26 december 1944 werd hij begraven op het kerkhof van Vogelzang van Henri – Chapelle. In 1947 werd zijn lichaam overgebracht naar de begraafplaats van Hombourg. In 1948 krijgt hij een postuum eerbetoon en krijgt hij een plaats op het Ereperk van de Vliegers in Evere. Hij was de laatste vliegenier die sneuvelde van een Meetjeslands vliegveld. In Luik kan je aan de kerk van het Heilige Hart nog een gedenkplaat met zijn naam er op terug vinden.

Wie was Maurice Renard?

Hij werd geboren op 9 maart 1914 in Angleur en sneuvelde op 25 december 1944 tijdens de slag om de Ardennen. Na zijn eerste crash in Balegem stelde hij zijn leven meer dan eens in de waagschaal. Het getuigt van veel moed en dapperheid. Mentaal en fysiek zwaar belast. Vliegen onder zeer gevaarlijke omstandigheden, soms op grote afstand van de thuisbasis, was luitenant vlieger Maurice Renard geheel op zichzelf aangewezen.

Het verhaal van Maurice Renard is er maar één uit de duizenden. In het grote boek van WOII komt het niet voor. Maar dit was zijn kleine oorlog. We weten nu wat zich heeft afgespeeld in het prille leven van Maurice Renard. Dat oorlog altijd de optelsom is van bloed, zweet en tranen.

Heemkring Heem en Natuur Voeren schetste een portret van Maurice Renard. Hij  had in 1937 op 23 jarige leeftijd zijn vleugels gekregen en was al een veteraan van de 18-daagse Veldtocht, in mei 1940 bij het 5/III/2 in een Fairey Fox, de hopeloos verouderde dubbeldekker waarmee men amper de strijd kon aangaan met de Luftwaffe. Hij vloog een missie als piloot van een verkenningstoestel, een opdracht die hij met een doorzeefd toestel toch tot een goede landing wist te brengen. Het leverde hem een vermelding in het dagorder op. Na zijn terugkeer uit krijgsgevangenschap werd hij tewerkgesteld bij het Ministerie van Landbouw. In 1942 vluchtte hij en kwam na een lange tocht door Frankrijk en Spanje (waar hij werd opgesloten in de gevangenis van Miranda) in Engeland aan in juli 1943. Na zijn opleiding werd hij in mei 1944 toegewezen aan het 349 ste Squadron. Eind augustus 1944 crashte hij met zijn Spitfire in Balegem, de bevolking bleef zich over hem ontfermen  tot de geallieerden een week later de regio bevrijdden.  25 december 1944 wordt een fatale dag voor Maurice Renard. Hij vloog naast Flying Officer Siraut in de Supermarine Spitfire IX RK802 met romp-code GE-Q. Maar blijkbaar verliep het aan boord niet naar wens. Siraut merkte dat zijn vleugelman tekens gebaarde, de radio werkte alvast niet. Renard liet zo verstaan dat hij een noodlanding wou uitvoeren. Met zijn vinger wees hij naar omlaag. Siraut zette koers naar Maldegem. In het squadron hoopte iedereen dat hij net zoals de vorige keer bij Balegem weer geluk zou hebben. Toen er de dag nadien nog steeds geen nieuws was, vloog Flight Lieutenant Mascaux naar de streek van Luik. Een dag lang kamde hij de streek uit, in de hoop nieuws te krijgen over zijn vriend. Pas op 8 januari 1945 werd in Maldegem het nieuws verspreid dat Maurice Renard in de Amerikaanse sector gestorven was. Bij Remersdaal had Renard getracht zijn machine aan de grond te zetten, maar de landing mislukte. Hij bezwijkt op Kerstdag aan zijn zware verwondingen. Maurice Renard werd het laatste slachtoffer – vliegenier van het Belgian Squadron die van een Meetjeslands vliegveld (Maldegem) opsteeg. Naast de toegangspoort van de Église du Sacré-Coeur et Notre-Dame de Lourdes in Luik (grote koepelkerk op de hoogte boven station Guillemins) bevindt zich een gedenkplaat. (bron: Luchtvaartgeschiedenis)

Plaats van gebeuren in de buurt van “Meuleke te veel”

Op de achtergrond het molenaars huis                                           op de voorgronddat zelfde molenaars huis 2022 de ruime
omgeving plaats noodlanding

Slachtoffers
Er zijn drie slachtoffer te betreuren, de kleine Willy C-B Francois, van  zoon Bernard en Iréne Bequé geboren te Bust op 8 sept 1936 en verongelukt te Balegem op 30 aug 1944.
Maria De Moor echtgenote van Camiel Beque geboren te Balegem op 6 feb 1897. Willy was haar kleinzoon.
Edgard  A-B Watrein stond ook te kijken en verloor zijn been bij dit accident. Hij is bekent in het dorp als horlogemaker Watrein op Vrijhem, hij hield er een houten been aan over.

Edgard Watrein

Noodlanding Balegem 29 augustus
Op 29 augustus 1944 werd de Belgische piloot F/OM, Renard R.A.F. 135 WING B.L.A genoodzaakt te landen. Hij werd bij het dalen gekwetst aan het voorhoofd. De Paepe André en Elaut Cyriel uit Borsbeke hebben hem in veiligheid gebracht en hem in handen gegeven van de De Paepe Gusstaaf, De Paepe Armand en Meersman Ernest, die hem brachten ten huize van Dr. De Pryck Nestor waar hij werd verzorgd en gedurende 14 dagen verbleef tot en met zijn genezing.” Na de bevrijding september keerde hij terug naar zijn eenheid te Maldegem.  (bron:Vermeire Emmanuel)

Getuigen verslag van Alice Immegeers
Alice woonde op den Berg en samen met haar vader zagen ze het geburen. Plots kwam er een vliegtuig overvliegen , heel laag. Vader riep tegen de kinderen dat ze onmiddellijk naar binnen moesten om te schuilen, het vliegtuig maakte enkele rondjes er het neer kwam in de berm aan het vroegere meuleke teveel. Het maakte een brute landing en op korte tijd stonden er vele kijklustige. Er waren enkele slachtoffers gevallen om dat er iemand in de cockpit was gekropen en het wapen dat nog op scherp stond afging. Van aan de lochting op den Berg hadden we een mooi overzicht van het gebeuren.

 

 

 

zicht van uit de tuin van Immegeers naar achtergrond site meuleke te veel zou ze het beleeft hebben.

Getuigenis verslag van J. Janssens  
Geachte Heer, ik herinner het mij slechts fragmentarisch maar ik kan nog wel iets opzoeken. Het vliegtuig is laag boven Oombergen gekomen, richting Balegem waar het neerkwam. Een nonkel heeft mij toen meegenomen op een fiets om te gaan kijken, er stond natuurlijk nog heel wat volk en het verhaal ging dat een tiener in de cockpit gekropen was en op de mitrailleurknop geduwd had. De piloot werd in veiligheid gebracht in Sint-Lievens-Houtem, waar hij verbleef tot aan de bevrijding begin september 1944( J.J)

Getuigenis van Peter Van de Sijpe
Ik weet dat Maurice deel uitmaakte van het 349ste sqn. De landing in Balegem was een noodlanding op 30 Augustus 44. Naar het schijnt op de velden achter ” Het Parkske”. Hierbij was hij gekwetst aan het hoofd en werd verzorgd door de plaatselijke bevolking. Bij de bevrijding op 3 september reisde hij mee terug naar zijn eenheid. Bij de volgende noodlanding op 25 december kwam hij om het leven. Na de landing klom iemand in zijn toestel. Tijdens het spelen gingen de mitrailleurs af en zijn er een slachtoffers gevallen. De kleine Willy Francois, zoon van de café die rechtover het Parkske stond. Zie bijlage uit het ziekenhuisarchief van St Elisabeth ziekenhuis Zottegem. ( bron PVDS)

Getuigenis van MGCJ
Waarschijnlijk gaat het om de Belgische Flying Officer Maurice Renard ( Spitfire piloot), welke een noodlanding diende te maken ingevolge een lek aan de koeling van zijn Spitfire: hij had eerder een strafing (beschieting) uitgevoerd  bij extreem lage hoogte zodat steenslag tot in de koelradiator omhoog vloog bij zijn actie op Duitse grondtroepen . Uiteindelijk diende hij op terugweg naar zijn eenheid, een noodlanding te maken te Balegem ter hoogte van het verdwenen  “Molentje Teveel” .
Piloot Renard kon (mits hulp van het Verzet) een paar dagen later zijn eenheid terug vervoegen.
OPVALLEND DETAIL:
Volgens mensen uit Balegem  was Renard een paar dagen ondergedoken bij mensen van het dorp…zijn gevechtsvliegtuig bleef onbemand achter en dat lokte veel volk om dat toestel eens van dichtbij te zien:  het boordgeschut stond echter nog op “scherp”…. en  iemand moet hieraan geprutst hebben : een moeder met kind -die zich voor de Spitfire bevonden- werden hierbij dodelijk getroffen spijtig genoeg is van dit dodelijk ongeval geen schriftelijk  bewijs meer te vinden. (bron MGCJ)

F. De Groote
Hier bijgaand de foto van Edgard Watrein, één van de slachtoffers van het neergestorte vliegtuig in Balegem op het einde van de oorlog. Hierbij verloor hij een been. Edgard staat achteraan tussen zijn beide zussen : links Cecile (mijn moeder) en Anna.Vooraan mijn grootouders Aloïs Watrein, de horlogemaker, en Emma Tavernier.

Naam bier ontleend aan neergestort gevechtsvliegtuig

Met Louise Robijns begint in 1887 het verhaal van Brouwerij De Fontein in Balegem. Een toenmalige weverij met stoommachine werd toen omgebouwd tot brouwerij. De Brouwerij koos de naam De Fontein, naar de bron beneden de Kattenberg. Het brouwerijtje draaide goed, in 1932 had het bedrijf zes werknemers. Er werd Castar, Pater Abt, Triple en Farobier gebrouwd. In 1947 neemt Herman Waeytens over. De Brouwerij pakt uit met een nieuw bier: Spitfire Beer. Als lokale reporter was het verhaal van de neergestorte Spitfire mij ook al eens ter ore gekomen. Maar zoals zoveel verhalen was het een eigen leven gaan leiden, waarbij waarheid en fictie graag met elkaar in de clinch gaan. De Nuus reporters Danny en Marcel gingen te rade bij de voorzitter van Het Heemkundig Genootschap Land van Rode Lucien De Smet die ons bevestigde dat het bier dat in De Fontein gebrouwd werd zijn naam daadwerkelijk ontleend heeft aan het neergestorte vliegtuig. Lucien De Smet woont al een lange tijd in Aalter. Zijn hart zit in Balegem, de gemeente waar hij altijd thuis komt. Hij zoekt, dateert en benoemt. De brouwerij oogst veel succes met zijn Spitfire, een sterk lichtbruin streekbier. Het ‘Oud Balegems Spitfire Beer’ rijpte tot twee jaar lang in vaten en werd dan nog eens zes maand in de fles op smaak gebracht. Brouwerij Wieze neemt het bedrijf over in 1957. Tot 1963 blijft men het Spitfire bier brouwen dat ook verwijst naar de bruisende kracht van het bier. Na het overlijden van Jozef Janssens in 1965 wordt een punt gezet achter de brouwerij. De installatie wordt ontmanteld. In 1990 wordt de brouwerij gesloopt. Alleen de schoorsteen blijft overeind, een blijvend relict. Bron: Oosterzele 1950 – 2000 een tijdsbeeld.

 

De Spitfire
De Supermarine Spitfire was een Brits jachtvliegtuig. Het toestel werd in 1938 in productie genomen door Supermarine Division van de Vickers Armstrong-fabriek. Het toestel werd gedurende de gehele Tweede Wereldoorlog ingezet, voornamelijk door de RAF. Er werden in totaal meer dan 20.000 stuks gebouwd in 24 verschillende types. Het was een uiterst performant toestel, zeer manoevreerbaar en met veel vermogen en haalde bijna 700 km/u. Deze eenzitter had 2 kanonnen en 4 mitrailleurs aan boord.
De Spitfire werd wereldberoemd omwille van de Slag om Engeland in 1940, waarbij de vliegtuigen ondanks hun kleiner aantal toch de overwinning behaalden. Later werd het vooral ingezet om bommenwerpers te escorteren. Hiervoor was zijn actieradius echter te beperkt, waardoor steeds meer beroep gedaan werd op Amerikaanse jagers.

Oproep
Na bevraging zijn we te weten gekomen dat de crash plaats vond in de omgeving van ‘t Meuleke te veel. Maar we zijn nog op zoek naar senioren van Balegem die eventueel ooggetuige geweest zijn van de crash van vliegenier Maurice Renard én personen die ons kunnen meedelen welke familie Maurice Renard in veiligheid bracht en waar hij  verzorgd werd na zijn crash. Graag uw medewerking. Alle info is welkom bij rooi.61@skynet.be

Het Belgische hulpvliegveld van Maldegem

Het vliegveld van Maldegem kende zijn ontstaan als een van 3 Belgisch Hulpvliegvelden in het Meetjesland. Dit waren Aalter, Maldegem en Ursel. De start van de aanleg van het vliegveld van Maldegem dateert van september 1939. Het vliegveld werd officieel van Belgische kant nog voor het einde van het jaar in gebruik genomen.

Toen de 18 daagse veldtocht uitbrak op 10 mei 1940 diende net die ochtend, eigenlijk los van de Duitse inval in België, de eerste Belgische vliegtuigen van de 2e Groep van het 3e Regiment Luchtvaart, te verhuizen naar Maldegem vanuit Evere. De eenheden die hiervoor voorzien waren, beschikten echter nog niet over toegewezen vliegtuigen zodat de verhuis in eerste instantie over de weg gebeurde. Het vliegveld werd dus die dagen alleen bezet door piloten en grondpersoneel zonder de nog niet aangekomen vliegtuigen.

Op 1 en 2 November 1944 landden tientallen Spitfires op Maldegem van het 349e Belgian Squadron. Daarnaast waren er ook nog toestellen van het 33e, 222e en 485e Squadron die vooral uit Nieuw-Zeelandste piloten bestonden. Op 3 November 1944 volgden aanvallen op artilleriestellingen te Utrecht. 2 Belgische piloten zouden deze 3e November het leven laten. De Nieuw-Zeelandse piloten werden die dag ingezet tegen Duitse stellingen te Breda. Op 4 November 1944 volgden aanvallen tegen de regio Klundert, Dinteloord en Zevenbergen. Op 6 en 7 November 1944 zijn Gouda en Dordrecht aan de beurt. Op 8 November 1944 werden de aanvallen opnieuw verlegd naar de spoorweginfrastructuur bij Dordrecht.

Pas op 25 December 1944 (Kerstdag) waren er verschillende aanvallen op gevechtszones in de Ardennen en in Nederland op een aantal schepen nabij Schouwen. Bij een aanval op Sanct Vith zou een Spitfire worden getroffen en een noodlanding dienen te maken nabij Remersdaal (Voeren). De piloot zou de crash overleven maar uiteindelijk toch aan zijn zware verwondingen overlijden. Hij overleefde nochtans in het zelfde jaar in augustus reeds een crash te Balegem. Hij werd alvast het laatste slachtoffer-vliegenier van Het Belgian Squadron die tijdens de oorlog in Maldegem zou zijn opgestegen.(bron bunkergordel)