Merelbeke, 24 oktober ’23 – We spreken met Freddy Heyse en Frederik Steyaert, de oude en de nieuwe uitbater van Rouwcentrum Heyse. Freddy is sinds jaar en dag gekend als hét gezicht van het rouwcentrum aan de Hundelgemsesteenweg in Merelbeke. Al 54 jaar zit hij in het vak. Zo’n 10.000 uitvaarten heeft rouwcentrum Heyse op de teller, maar nu geeft Freddy de fakkel door. Het beroep is veranderd. En hoe!
Het is een hele stap, met pensioen gaan. Maar het is ook een opluchting. Freddy werkte immers al sinds zijn 14e in de zaak. Freddy (68): “In 1957 ben ik hier begonnen, als jonge snaak bij mijn vader die schrijnwerker was. Vroeger was dat zo, de schrijnwerker maakte de kisten. De andere aspecten van de uitvaart regelde de familie zelf. De pastoor voor de mis, de koster/drukker voor de rouwbrieven en de buren droegen de overledene naar de kerk. Van kistenverkoop in de jaren ‘60 zijn we geëvolueerd naar een hedendaagse uitvaartonderneming, inclusief de coördinatie van alle diensten. Dat deed ik samen met mijn vrouw, personeel heb ik nooit in dienst gehad. Ik werkte samen met andere kleine zelfstandigen in de regio. Dat liep supervlot en het kwam de lokale middenstand ten goede.” Op 1 november ’23 is het zover. Dan neemt Frederik Steyaert de leiding over Rouwcentrum Heyse over. Freddy: “Bij de eerste kennismaking wist ik het al. Frederik is ‘ne goeie’, hij is van hier. Hij heeft 18 jaar in Merelbeke gewoond. Hij heeft voeling met de lokale cultuur. En dat is belangrijk!”
Van autoverkoper naar uitvaartondernemer
Frederik (46): “15 jaar lang was ik autoverkoper bij Mahy in Gent. Ik was wat uitgekeken op de job toen een kennis me vroeg of de uitvaartsector niets voor mij zou zijn. Die vraag had ik niet zien komen, maar ze kwam als geroepen. Na een ‘meeloopstage’ van 3 dagen, was de beslissing al snel genomen. Het is een enorm veelzijdige job. Routine zit er niet in. In het begin van de week weet je niet hoe het einde van de week er zal uitzien. Elke familie is anders. Tragedies, familiekwesties… het passeert allemaal de revue. Je moet aanwezig, maar toch neutraal zijn. Dat alles maakt het beroep zo mooi. Mijn ervaring heb ik opgedaan bij begrafenissen Vercruyssen in Gent. Dat ik nu hier in Merelbeke de leiding overneem, is een uitdaging voor mij. Freddy is immers een gevestigde waarde. Ik ben nieuw.”
Een uitvaart is veel persoonlijker geworden
Uitvaarten zaten vroeger in de taboesfeer. Maar ‘sterven’ hoort bij het leven. Families zien het nu meer als ‘we moeten dit moment grijpen’, uit dankbaarheid voor wat was. Vandaag krijgt een uitvaart vaak een meer persoonlijke invulling, soms zelfs huiselijk. Frederik: “Een uitvaart is nu ‘een evenement’ dat op een week tijd moet georganiseerd worden. We werken helemaal op maat, alles kan zolang het respectvol is. De aankondiging, ceremonie, rouwmaaltijd, begraafplaats… Hoe de uitvaart ingevuld wordt, pakt elke familie anders aan. De aankondiging hoeft geen klassieke rouwbrief te zijn. We kunnen een uitnodiging ook digitaal in de vorm van een filmpje versturen, via bijvoorbeeld Whatsapp. We voegen beleving toe met muziek en foto’s. Uitvaarten gaan ook steeds vaker op andere plekken dan in de kerk of een crematorium door. In feestzalen, privé-aula’s, op unieke locaties of zelfs bij de mensen thuis. Zelfs de overledene thuis opbaren, is een optie. Wat me ook opgevallen is, is de evolutie in de teksten bij een uitvaart. Vroeger schreef de pastoor ze. Of ze werden geschreven op basis van de verzamelde prentjes uit een schoendoos bij oma. Nu komt er al eens een professionele storyteller aan te pas, of schrijft de familie de uitvaartteksten met de hulp van artificiële intelligentie. Ook onze sector ontsnapt niet aan deze evolutie.”
Een zware job, maar met veel voldoening
Freddy: “Het klinkt misschien een beetje raar, maar de uitvaartsector is wel hip tegenwoordig. Mensen kiezen al sneller voor een job dichter bij huis én een job waar je voldoening uit kan halen. De voldoening die je hier uit haalt, is in weinig andere sectoren te evenaren. Maar het is een zware job, je weet nooit wanneer je gedaan hebt. Anderzijds is het ook een heel mooie job. Ik kan het alleen maar aanraden!”