50 jaar Driekoningenfeest in Sint-Maria-Oudenhove: van kroegentocht over levend varken tot echte stoet

In een eerder NUUS-artikel met praktische informatie over deze afsluiter van de Zottegemse ‘carnavalsmarathon’ kon u ook vernemen dat de viering van gisteren zaterdag 13 januari in Sint-Maria-Oudenhove aan haar 50ste editie toe was. Ter gelegenheid van dit jubileum kroop Pierre Robijns die al een 40-tal jaar van dichtbij betrokken is bij de organisatie (waarvan de laatste 25 jaar als voorzitter van het Driekoningencomité), in zijn pen om terug te blikken op de geschiedenis en evolutie van dit folkloristisch volksfeest.

Een en ander begon eind 1972 toen Antoine De Vleeschauwer het idee opperde om van de eeuwenoude traditie van het ‘koninglopen’ een georganiseerd dorpsfeest te maken. Samen met wijlen Jozef Seghers die de eerste voorzitter werd, kon hij de uitbaters van de zes plaatselijke cafés Volkshuis, Concordia (bij Kluite), Voetballokaal, De Smis, De Vliegende Schotel en duivenlokaal Club overtuigen en ook enkele andere lokale handelaars sprongen mee op de kar. Er kon een prijzenpot van 7.500 Belgische frank verzameld worden en op vrijdag 5 januari 1973 vond de eerste editie plaats waarvoor liefst 26 groepen met in totaal 116 deelnemers inschreven. Voor de organisatie in 1974 tekenden alle acht lokale herbergen present (De Kroon en het Brouwershuis kwamen er ook bij) en mede dankzij een subsidie van 7.500 fr. kon toen reeds uitgepakt worden met een prijzenpot van 20.000 fr. In 1975 vond in de namiddag een kinderoptocht plaats en werd voor het eerst ook een apart klassement voor wagens voorzien. Naast 16 voetgangersgroepen namen toen ook 6 wagens deel die eveneens, volgens de traditie van het koninglopen, van café naar café trokken.

1986 en 1992: BEWOGEN EDITIES

Op 12 januari 1980 werd in Sint-Maria-Oudenhove de eerste stoet georganiseerd – de prijzenpot was intussen opgelopen tot 60.000 fr. – en sindsdien bleef het Driekoningenfeest uitbreiden. Hoewel hoofdzakelijk de losse voetgangersgroepen voor de unieke sfeer zorgden (1981 en 1982 waren topjaren met liefst 25 en 22 voetgangersgroepen), haalde vanaf 1983 het aantal wagens de bovenhand. Terwijl 1984 zal herinnerd worden als het jaar waarin een levend varken zijn entree deed (en dat bleef behouden tot in 1991) als hoofdprijs van de Driekoningentombola, werd het in 1986 een bewogen editie. Enerzijds, om het aantal voetgangersgroepen weer op te krikken en de traditie van het echte koninglopen nieuw leven te blazen, werd de ‘Schat der Wijzen’ (een pot munten die in elke café kon gewonnen worden) geïntroduceerd maar anderzijds was er vooral het incident tussen Jozef Seghers en carnavalsprins Flip I die door de voorzitter de toegang tot de prijsuitreiking ontzegd werd. Een nawee van de discussies die er waren geweest omtrent de data van de verschillende carnavalsvieringen in Zottegem.

Ditzelfde item zou trouwens in 1992 andermaal voor een ‘hoogtepunt’ qua spanning met de stad Zottegem zorgen. Met als gevolg dat in dat jaar op 11 januari zowel in Zottegem als in Sint-Maria-Oudenhove werd georganiseerd. In Oudenhove weliswaar enkel gebaseerd op het koninglopen, zonder stoet en geheel in eigen karakter gekleurd door ludiek protest onder de titel ‘Wat een fusiegemeente lijden kan!’. De plaatselijke muziekmaatschappij Sint-Cecilia en zes carnavalswagens keerden toen meteen na de stoet in het centrum terug naar het dorp van Sint-Maria-Oudenhove en deden daar samen met 12 voetgangersgroepen en het ‘Klein Muziekske van Brakel’ het feest losbarsten tot in de vroege ochtend.

2008: EINDE VAN HET TRADITIONELE KONINGLOPEN

In augustus 1995 overleed voorzitter Jozef Seghers. Hij werd opgevolgd door Valère De Reghel (tot dan altijd schatbewaarder geweest) die om gezondheidsredenen op zijn beurt in 1998 de fakkel doorgaf aan Pierre Robijns (tevoren een tiental jaren secretaris). Een nog 19-koppig bestuur in 1974 was intussen al herleid tot een vijftal personen die samen met de cafébazen de volledige organisatie op zich namen, ondermeer van de zilveren jubileumeditie op 18 januari 1997 waaraan 150.000 fr. prijzen verbonden waren. Van 2001 tot 2008 werd opnieuw een kinderstoet georganiseerd en ook in 2008 werd terug de ‘Schat der Wijzen’ ingevoerd nadat deze in 2000 was afgeschaft wegens onvoldoende voetgangersgroepen. Evenwel zonder het verhoopte succes. Zo werd 2008 dan ook de zwanenzang van de voetgangersgroepen en het einde van het traditionele koninglopen.

Her en der – zoals ook in Sint-Maria-Oudenhove zelf met o.a. De Cleempotjes, De Jumpers en De Djokers – ontstonden intussen meer en meer carnavalsverenigingen die alsmaar grotere en mooiere wagens ontwierpen en kunnen rekenen op de Zottegemse Carnavalsraad die de werking van deze groepen faciliteert en coördineert. Hierdoor kreeg het ‘Driekoningengebeuren’ stilaan een nieuwe dimensie die zich voor de inrichtende comités voornamelijk vertaalde in een steeds striktere regelgeving rond de organisatie van de stoet. Zo drong zich in 2012 een aanpassing van het jarenlang vertrouwde parcours op omdat het verloop van de stoet (bij het vroegere keerpunt aan de Kleine Hazestraat) steeds meer hinder ondervond van het toenemende aantal grote carnavalswagens.

Daarbij komt dat het niet zo eenvoudig is om alles ook financieel rond te krijgen en het hogere verwachtingspatroon van de deelnemende groepen in te vullen. Terwijl het aantal plaatselijke herbergen overal afnam, moesten de organiserende comités in de deelgemeenten het jarenlang rooien met een subsidie van 675 euro uit de stadskas terwijl de prijzenpot alsmaar steeg, de laatste jaren tot 4.500 euro. De verhoging van die subsidie naar 2.000 euro in 2019 was dan ook meer dan welkom. Verder houdt het Driekoningencomité, om het financieel klaar te spelen, een strikt beleid aan maar vooral is er ook de vrijwillige inzet van bestuursleden en herbergiers die elk jaar opnieuw op zoek gaan naar sponsorgelden, loten verkopen enz. Op dit vlak kan op een hechte samenwerking met café ’n Haze en sinds kort ook met frituur Eddy gerekend worden. Op die manier slaagden wij er toch in om symbolisch voor de jongste jubileumeditie een uitzonderlijke prijzenpot van 7.500 euro te verzamelen (tegenover 7.500 Belgische franken bij de eerste editie),” aldus nog voorzitter Pierre Robijns.