LAGER OPGELEIDEN EN MIDDENKLASSE GETROFFEN
ARMOEDE IN BELGIE
LAGER OPGELEIDEN EN MIDDENKLASSE GETROFFEN
STATBEL het Belgisch Statistiekbureau publiceerde de nieuwe armoedecijfers voor 2017.
Onthutsend om zien hoe armoede toeneemt in een periode waar onze welstand de hemel wordt in geprezen.
Bijhorende tabel toont aan dat vanaf 2013, het armoederisico merkbaar stijgt vooral bij Belgen met een laag opleidingsniveau.
Bij de Belgen met een gemiddeld opleidingsniveau stijgt het armoederisico eveneens.
Enkel de Belgen met een hoog opleidingsniveau zien licht beterschap vanaf 2013.
Met andere woorden, enkel de begoede klasse ziet zijn welstand toenemen, bij de anderen wordt het armoederisico groter.
Meest kwetsbaar voor armoede
In 2017 werd 15,9 % van de Belgische bevolking, of ongeveer 1 op de 6 Belgen beschouwd als een risicogroep voor armoede.
Een deel van de bevolking leeft in een huisgezin met een lage werkgraad, een ander deel wordt geconfronteerd met ernstige materi ële problemen.
Volgens de Europese armoede indicator wordt 20,3 % van de Belgische bevolking beschouwd als een risicogroep voor armoede of sociale uitsluiting.
Zo is 49,1 % van de werklozen kwetsbaar voor armoede, bij amper 5 % van de werkende bevolking is dit het geval.
Dergelijke nadelige verhouding is ook zichtbaar bij de eenoudergezinnen waar 39,7 % een hoger risico loopt op armoede, dan bij gezinnen met twee volwassenen en twee kinderen, waar dit 8,5 % bedraagt.
Bij huurders is 36,4 %, of iets meer dan een op de drie huurders kwetsbaar om in armoede te belanden, terwijl dit bij de eigenaars maar 8,8 % bedraagt.
Vergelijking tussen 2013 en 2017
Het armoede risico situeert zich in Belgi ë als volgt.
Bij de mannen was dit 14,6 % in 2013, stijgend tot 14,9 % in 2017.
Bij de vrouwen was het 15,5 % in 2013, dit steeg tot 16,9 % in 2017.
Vooral de categorie jongeren van 16 tot 24 jaar wordt hard getroffen met een armoederisico van 17 % in 2013, dat spectaculair oploopt tot 22,1 % in 2017.
Enkel de 65+ hebben het beter met 18,4 % kans op armoederisico in 2013 en een vermindering van het armoederisico tot 16 % in 2017.
Die categorie teert blijkbaar nog op het spaargeld opgebouwd in een voorgaande periode.
De voorgaande 4 jaren zien er dus allesbehalve goed uit met een constante tot lichte verhoging van het armoederisico.
Waarom is huren duur ?
Meer dan 1 op de 3 huurders loopt armoederisico, stijgende huurprijzen liggen aan de basis.
Verhuurders betalen taksen en kosten, weinig gekend bij de huurders.
De jaarlijkse onroerende voorheffing op het verhuurde goed komt ten laste van de eigenaar verhuurder en bij degelijk uitgeruste woongelegenheden op een goede locatie kan dit aardig oplopen.
Dit is niet alles , 40% van de onroerende voorheffing van het verhuurde goed, wordt verrekend in de personenbelasting en komt eveneens ten laste van de verhuurder.
De Belgische verhuurder betaalt dus twee keer belastingen voor zijn eigendom.
Verhuurders verzekeren ook hun onroerend goed.
Verder moet een verhuurder instaan voor het herstel van versleten voorwerpen zoals een verwarmingsketel, expansievat, kookplaten, elektrische toestellen, versleten kranen, rookmelders en nog andere zaken.
De verhuurder is ook verplicht een beschadigd voetpad te herstellen.
Met veel toeters en bellen werd een huurtoelage aangekondigd voor minder begoede huurders.
Maar de criteria om er van te genieten zijn zo onrealistisch dat bitter weinig huurders er kunnen beroep op doen.